Basis voeding Voeding is een essentieel management aspect op ieder melkveebedrijf. Door een goed voedingsmanagement wordt het optimale uit de koe gehaald. Voor ieder bedrijf is een andere voerstrategie van toepassing. Dit kan te maken hebben met de huisvesting van de dieren, het areaal wat een melkveehouder ter beschikking heeft voor het telen van ruwvoer, de machines die een melkveehouder ter beschikking heeft voor het voeren, de voerstrategie etc.
Spijsvertering: De maag van een koe bestaat uit vier afzonderlijke compartimenten
- Netmaag
- Pens
- Boekmaag
- Lebmaag
De vier compartimenten werken samen om zeer vezelig voer af te kunnen breken, waardoor suikers en eiwitten vrij komen die in de vezelige cellen vastzitten.
Pens: Een koe eet alleen plantaardig voer. Plantaardige cellen bestaan voor een groot deel uit celstof en houtstof. Een koe is in staat de plantaardige cellen te verteren door middel van de pens. In de pens zijn bacteriën aanwezig die door middel van gisting de celstof klein krijgen (fermenteren). De bacteriën werken anaeroob (zonder zuurstof) met een optimale pH van 6. Het is belangrijk dat het voer voldoende structuur bevat zodat de bacteriën moeten ‘’werken’’ om het voer goed te kunnen verteren en de pH optimaal te houden.
Netmaag: De netmaag staat in verbinding met de pens. Ook in de netmaag vindt fermentatie plaats. De netmaag zorgt tevens voor het herkauwen. Het voer gaat vanuit de netmaag naar de boekmaag.
Boekmaag: De wand van de boekmaag bestaat uit vele plooien die vloeistoffen en mineralen absorbeert en doorgeeft aan de bloedbaan. Het is belangrijk dat in de boekmaag veel vloeistof wordt geabsorbeerd zodat de lebmaag beter zijn werk kan doen.
Lebmaag: De lebmaag is het laatste compartiment van de maag van de koe. De lebmaag is vergelijkbaar met de maag van de meeste dieren. Er wordt zoutzuur en pepsine geproduceerd door de maagwand, waardoor de pH zo ver daalt dat de meeste bacteriën afsterven.