Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Herkenning |
---|
Chaetanaphothrips orchidii Moulton (orchideetrips) is een van de belangrijkste plagen in de teelt van snijanthurium onder glas. Zij veroorzaakt witte of bronskleurige stipjes en vegen, die de bloemen onverkoopbaar maken. Bij zware aantasting gaan aangetaste bloemen zelfs niet meer open. Je ziet witte vlekken met zwarte stipjes op het blad. De volwassen trips is geel met donkere vleugels met een lichte dwarsband. De orchideetrips heeft een voorkeur voor jonge en nog in ontwikkeling zijnde plantendelen, zoals nog opgerolde bladeren of schutbladen. Zichtbare schade aan oogstbare bloemen is vaak al 6 à 8 weken oud. Zowel de volwassen als de larven dringen bloemknoppen binnen en prikken in het plantenweefsel waardoor het karakteristieke schadebeeld ontstaat. |
Levenswijze |
---|
Een vrouwtje legt maximaal 100, gemiddeld 23 witte, banaanvormige eieren in het weefsel van bloemknop, blad of bladschede. De eieren komen na 6 tot 9 dagen uit. De beide larvestadia duren samen ca. 9 dagen. De aanvankelijk witte larven zitten vaak in clusters. Het tweede larvestadium is geel tot oranje. Tripsen bezitten korte zuigende monddelen waarmee ze planten oppervlakkig beschadigen. Het tweede larvestadium verlaat de waardplant en trekt zich terug in de grond of het teeltsubstraat. Hierna volgen twee stadia die geen voedsel opnemen. Ze worden aangeduid als prepop respectievelijk pop, hoewel ze nog een beetje kunnen lopen. In tegens telling tot de larven hebben ze duidelijk zichtbare vleugelschedes. Bij de pop zijn de vleugelschedes langer, en zijn de antennes naar achteren geklapt. Sporadisch vindt men poppen in ijle zijden cocons op het blad. Na 20 dagen in de grond worden ze volwassen en komen de nu volledig gevleugelde tripsen uit de grond. |
Maatregelen |
---|
|
Meer informatie |
---|