Paneel | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||
Informatie in dit subthema is geschreven voor mbo en hbo. Verdiepende informatie kun je herkennen aan de 📚 voor de titel. |
Inhoudsopgave | ||||
---|---|---|---|---|
|
📚 Het vergroenen van een buurt samen met bewoners, is een langer lopend proces, waarin verschillende onderdelen aan bod zullen komen (zie afbeelding 6).
Vaak werk je hierbij in opdracht van een grote organisatie zoals een gemeente, die eigenaar is van de grond waar je aan de slag gaat. Hoe je met deze organisaties samenwerkt, kun je vinden in subthema 4 van dit kennisthema: `Relatie met andere partijen bij het betrekken van bewoners’, en in het thema ‘Samenwerking en contracten’. In de volgende paragrafen gaan we in op het proces met bewoners. Betrokken bewoners zijn namelijk een belangrijke voorwaarde om het proces draaiende te houden.
Voordat je samen met bewoners aan de slag kan om de buurt te vergroenen, kijk je allereerst of er al (bewoners)initiatieven in de buurt zijn waarmee je misschien samen kunt werken. Daarnaast zoek je bewoners die mee willen doen, en maak je (werk)afspraken over wat je wilt gaan doen in de buurt. Tijdens het hele proces is het belangrijk om te werken aan het vertrouwen en de betrokkenheid van de bewoners.
Paneel | ||
---|---|---|
| ||
📚 2.1. Bewoners vinden en activeren |
📚 2.1.1. Afstemmen met bestaande initiatieven
Vaak zijn er al lopende initiatieven of buurtorganisaties die contact hebben met de bewoners. Het is goed om te checken wat er al loopt in de buurt om jouw groenproject als hovenier hiermee af te stemmen. Misschien zijn er al initiatieven bekend bij je opdrachtgever(s), of werk je in opdracht van een woningcorporatie en bestaat je doelgroep uit huurders van deze corporatie. De opdrachtgever kan je dan bijvoorbeeld voorstellen aan de bewoners. Op deze twee manieren kun je kijken of er bewoners zijn die geïnteresseerd zijn in jouw project, en of zij willen helpen om andere bewoners hierbij te betrekken.
Het kan ook zijn dat bewoners zelf aangegeven hebben hun buurt te willen vergroenen. Ook dan kun je het beste eerst met een aanspreekpunt in overleg en polsen of er nog meer initiatieven en organisaties in de wijk actief zijn, zodat je elkaar niet in de weg zit. Als er geen behoefte is aan inzet van een hovenier en je geen toegevoegde waarde hebt, dan kun je je inspanningen beter staken en je op andere wijken of opdrachtgevers richten.
Er zijn organisaties die specialist zijn in samenwerken met bewoners. Zo helpt de organisatie Urban Sync de woningcorporatie Haag Wonen in Den Haag Zuid-West. Bij Urban Sync werken ‘social designers’, of sociaal ontwerpers. Zij zijn gespecialiseerd in het overleggen met bewoners, het luisteren naar bewoners en het inbrengen van hun belangen en wensen in overleg met bijvoorbeeld de woningcorporatie of de hovenier. Zij kunnen het makkelijker maken om in contact te komen met bewoners en om dit contact te onderhouden.
De sociaal ontwerper helpt mee om het samenwerkingsproces te ontwerpen. Hij of zij denkt mee over het ontwerp van de buitenruimte vanuit sociaal oogpunt. Deze expertise kan een hovenier of groenbedrijf ook in huis hebben of zelf inhuren.
📚 2.1.2. Bewoners uit de buurt werven en motiveren
Ook als er al een klein groepje actieve bewoners is, is het goed om te kijken of er meer bewoners mee willen doen. Dit kun je doen op verschillende manieren, denk bijvoorbeeld aan een bewonersbijeenkomst of langs de deuren gaan.
2.1.2.1. Bijeenkomsten organiseren
Om een beeld te krijgen van welke bewoners mee willen doen, kun je een bewonersbijeenkomst organiseren waarbij alle buurtbewoners welkom zijn. Tijdens zo’n bijeenkomst kun je elkaar beter leren kennen en bespreken wat de verschillende wensen en zorgen van bewoners zijn. Je kunt bewoners uitnodigen per e-mail of andere onlinecommunicatie als je hier gegevens voor hebt, maar bedenk wel dat niet alle bewoners via deze weg bereikbaar zijn. Vaak werkt persoonlijk contact beter, denk bijvoorbeeld aan langs de deuren gaan. Of doe uitnodigingen (zie afbeelding 7) door de brievenbus. Als je op de dag van de bijeenkomst ook nog een rondje door de buurt maakt, kun je zelfs kort van tevoren nog mensen uitnodigen voor de bijeenkomst.
Voordelen:
Je ziet veel bewoners in één keer, en daarmee krijg je ook al een beetje een beeld van de onderlinge verhoudingen tussen bewoners.
Alle aanwezige bewoners zijn na de bijeenkomst op de hoogte van wat er in de bijeenkomst besproken is.
Nadelen:
Bewoners die niet aanwezig zijn bij de bijeenkomst moeten apart op de hoogte gesteld worden en kunnen een deel van het groepsproces missen. Het kan daarom waardevol zijn om deze bewoners alsnog bij te praten en te vragen naar hun ideeën.
Sommige bewoners zijn mondiger dan andere, waardoor je sommige niet of nauwelijks spreekt en andere juist veel.
2.1.2.2. Langs de deuren gaan
Langs de deuren gaan is niet alleen nuttig om bewoners voor een bijeenkomst uit te nodigen. Het kan ook een methode op zichzelf zijn om bewoners te spreken over hun wensen en zorgen in de buurt, en hen te informeren over het idee om de buurt samen te vergroenen. Neem bijvoorbeeld informatieve flyers mee (zie afbeelding 8 en afbeelding 9) die je aan bewoners kunt geven, of door de brievenbus kunt doen als ze niet thuis zijn.
Voordelen:
Je spreekt bewoners persoonlijk, waardoor elke bewoner die dat wil aan het woord komt
Nadelen:
Zeker in een grotere buurt kan dit veel tijd kosten.
2.1.2.3. Bewoners motiveren bewoners
Om meer bewoners te betrekken, is het ook waardevol om te zoeken naar bewoners die al heel betrokken zijn, en met hun enthousiasme andere bewoners makkelijker overtuigen en meekrijgen.
2.1.2.4. Geef het project status
Om bewoners te werven en te overtuigen van het belang van het groene bewonersproject kun je het project meer status geven. Je kunt bijvoorbeeld een wethouder van de gemeente vragen om een rol op zich te nemen bij een bewonersbijeenkomst.
Paneel | ||
---|---|---|
| ||
📚 2.2. Planning en organisatie |
Als je samen met bewoners aan de slag gaat, is het goed om een duidelijk beeld te hebben van wat je gaat doen. Soms is een uitgebreid plan nodig, soms is het ook genoeg om duidelijke werkafspraken te maken, waarna het project zich verder kan vormen. Dit hangt af van de wensen van bewoners en van andere partijen die bij het project betrokken zijn. Bij een ingewikkeld en langdurig project zal een uitgebreider plan nodig zijn, waarbij je af en toe samen bekijkt en bespreekt of het project naar wens verloopt of wat er eventueel anders kan.
📚 2.2.1. Werkafspraken maken
Werkafspraken gaan over hoe je samen aan de slag gaat. Maak bijvoorbeeld afspraken over hoe vaak je samenkomt, op welke dagen en welk dagdeel of tijdstip, en hoe je bereikbaar bent. Spreek ook af waar bewoners wel of niet zelf mee aan de slag kunnen. Dit is belangrijk vanwege veiligheidsvoorschriften en aansprakelijkheid. Als je op een vaste dag en tijd komt en duidelijk herkenbaar bent als hovenier, kunnen buurtbewoners herkennen wanneer je er bent en wanneer ze (alsnog) aan kunnen sluiten. Het is handig om dit soort algemene afspraken van tevoren duidelijk te hebben. Meer gedetailleerde afspraken kunnen ook tijdens het werk besproken worden. Denk daarbij aan wie wat doet in de specifieke werksessie, of welke materialen je de volgende keer mee zult nemen.
Naast dit soort praktische zaken, kun je ook afspraken maken over de rol en bijdragen van bewoners en van jou als hovenier. Je kunt bijvoorbeeld een puntensysteem opzetten: met hun inzet kunnen bewoners punten verdienen, die ze bijvoorbeeld kunnen besteden aan diensten van jouw hoveniersbedrijf. Dit geeft houvast om de hulp van jou als hovenier in verhouding te plaatsen tot de inzet van de bewoners en kan de bewoners ook motiveren om zich meer in te zetten. Als je hiermee werkt, moet dat in heel duidelijke werkafspraken vastgelegd worden.
📚 2.2.2. Een plan of ontwerp maken
Soms is er voor een project meer nodig dan alleen werkafspraken. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als je samen met bewoners een plan en ontwerp voor een gezamenlijke buurttuin wil maken, waarvoor het nodig is om goed de wensen te inventariseren en te overleggen.
Zo’n plan of ontwerp kun je bijvoorbeeld maken met behulp van één of meerdere bewonersbijeenkomsten, waarbij bewoners (en andere partijen) met elkaar in gesprek gaan. Tijdens deze bijeenkomsten geef je aanwezigen de kans om hun ideeën en zorgen te delen, en kun je samen kijken op welke manier je met groen de buurt kunt verbeteren. Bij het maken van een plan met bewoners zijn twee punten vooral belangrijk: de input van de bewoners, en de kaders waarbinnen het plan moet passen. Deze kaders kunnen bijvoorbeeld gesteld zijn door jou als hovenier, de gemeente, en/of door de opdrachtgever en de grondeigenaar. Als hovenier ben je meer dan een procesbegeleider. Jij bent namelijk ook degene die de inhoudelijke kennis in het proces moet brengen, en aan het einde het geheel tot een werkbaar plan moet omsmeden waar ook de opdrachtgever blij mee is.
2.2.2.1. Input door bewoners
Organiseer je een bijeenkomst, dan is het fijn als bewoners eerst vrijuit hun wensen, ideeën en zorgen uit kunnen spreken. Er kunnen bijvoorbeeld zorgen zijn over hangplekken of vandalisme; heb hier begrip voor en erken deze zorgen. Na deze eerste input kun je kijken naar gezamenlijke wensen en gedeelde zorgen, en naar mogelijkheden om verschillen te overbruggen. Denk hierbij in kansen en oplossingen, niet in problemen en tegenstellingen. Zo kun je samen toewerken naar een manier waarop groen de buurt kan verbeteren.
Als sommige bewoners heel veel aan het woord komen en andere juist heel weinig, geef dan ook wat vaker het woord aan bewoners die zich minder laten horen, zodat ook zij voldoende betrokken worden [1]. Aan de andere kant kan iemand die al veel initiatief neemt binnen de wijk ook heel waardevol zijn. Soms is een buurt al georganiseerd door middel van een bewonersvereniging of een stichting, waarvan de leden al actief zijn binnen de buurt. Of er is een buurtbewoner die goed weet wat er leeft in de buurt en die invloed heeft op andere bewoners. Het is goed als je al deze bewoners een rol laat spelen in het bewonersproces dat je opzet voor meer of beter groen in de buurt. Soms kom je niet aan alle input toe, kan niet iedereen aanwezig zijn, of is het gewoon fijn om nog aanvullende input vanuit bewoners te krijgen. Dan kan er bijvoorbeeld een vragenlijst rondgestuurd worden, om van alle bewoners duidelijk te krijgen wat hun wensen en ideeën zijn.
2.2.2.1. Kaders en inspiratie voor bewoners
Vanwege veiligheidseisen, budgetten of andere soortgelijke kaders, kan niet altijd alles. Bij het maken van een plan of ontwerp samen met bewoners, is het belangrijk om zulke kaders of beperkingen aan te geven en uit te leggen waarom sommige dingen wel of niet mogelijk zijn [2]. Een voorbeeld is dat de grondeigenaar de voorwaarde stelt dat er geen speeltoestellen op het terrein mogen komen. Je kunt dan wel inspiratie aan bewoners bieden voor mogelijke oplossingen binnen de beperkingen die er zijn, zoals voorbeelden van natuurlijk spelen. Inspiratie kun je bijvoorbeeld geven met behulp van ‘moodboards’ met afbeeldingen of sfeerimpressies (zie afbeelding 10). Verder helpt het als je tijdens het proces met tussenproducten werkt, dus met voorbeelden of ontwerpschetsen van hoe het groen eruit zou kunnen zien. Dat maakt het voor bewoners concreter, waardoor ze beter kunnen aangeven wat ze wel of niet zouden willen. Zorg ervoor dat er genoeg input van bewoners wél meegenomen wordt, anders verliezen zij de motivatie of het vertrouwen dat er iets met hun bijdrage gedaan wordt [3].
Paneel | ||
---|---|---|
| ||
📚 2.3. Werken aan betrokkenheid en vertrouwen |
Vertrouwen en betrokkenheid gaan hand in hand en zijn voor een project met bewoners erg belangrijk. Zonder betrokken bewoners kan het project niet succesvol verder gaan. Als je aan vertrouwen en betrokkenheid onder bewoners wilt werken, kun je dat op verschillende manieren doen. In de volgende paragrafen staan verschillende voorbeelden.
📚 2.3.1. Betrokkenheid
Voor betrokkenheid is ‘eigenaarschap’ bij bewoners erg belangrijk: het gevoel dat het om ‘hun’ stukje groen gaat. In de onderstaande film vertelt social designer Manon wat belangrijke aandachtspunten zijn in verschillende projectfases.
Een belangrijk aandachtspunt bij het betrokken houden van bewoners is dat ze de leiding gaan nemen. Denk hierbij aan het maken van plannen voor de buitenruimte en samen aan de slag gaan. Bewoners kunnen zelf de buitenruimte inrichten en onderhouden, met hulp van de hovenier waar nodig.
Het is daarbij ook belangrijk om niet één of twee bewoners te betrekken, maar te zorgen dat bewoners in een groepje werken. Als een bewoner dan niet meer meedoet zijn er nog genoeg anderen om het werk samen te verdelen.
📚 2.3.1. Betrokkenheid
Voor betrokkenheid is ‘eigenaarschap’ bij bewoners erg belangrijk: het gevoel dat het om ‘hun’ stukje groen gaat. Daarom kun je de volgende acties ondernemen om betrokkenheid van bewoners te ontwikkelen en versterken:
Laat bewoners zo veel mogelijk meedenken en meewerken, zo kunnen bewoners hun eigen wensen, ideeën en werk erin herkennen.
Verdeel taken onder bewoners, als ze dat leuk vinden. Denk bijvoorbeeld aan de poort openen en sluiten, de prullenbak legen, enzovoorts. Deze verantwoordelijkheden geven extra inzet en versterken het gevoel van betrokkenheid.
Werk op het tempo van de bewoners en houd rekening met wat zij aankunnen. Het gaat om het gezamenlijke proces.
Let erop bij de keuze van ideeën dat het groen uiteindelijk door de bewoners zelf beheerd en gebruikt kan worden. Houd dat in het achterhoofd bij het beoordelen van ideeën. Als er veel gebruik wordt gemaakt van het groen door de bewoners, ontstaat er meer gevoel van eigenaarschap en ook meer sociale controle en veiligheid.
📚 2.3.2. Vertrouwen
Om vertrouwen bij en tussen bewoners te ontwikkelen en versterken, helpen de volgende punten:
Activiteiten samen doen, zodat je elkaar leert kennen en bewoners zien hoe het project voortgang maakt.
Ervoor zorgen dat er voldoende ruimte is voor bewoners om eigen punten en visies in te brengen en met elkaar te delente delen. Je werkt samen aan de omgeving waarin zij wonen en leven.
Transparant zijn over ontwikkelingen, onzekerheden en mogelijkheden binnen het project, zo is het ook voor bewoners duidelijk waarom sommige beslissingen genomen worden.
Het is ook belangrijk dat bewoners een positief gevoel hebben bij de voortgang van een project. Het kan daarom fijn zijn om op verschillende momenten in het project te peilen hoe bewoners zelf tegen het project aan kijken. Dit kun je tijdens het werken in het groen zo nu en dan ter sprake brengen: ‘Hoe vind jij het gaan?’ Voor meer overzicht kun je ook eens in de zoveel tijd een buurtfeest of bijeenkomst organiseren waarin je samen het ook met bewoners kunt hebben over het project evalueert. Je kunt hier ook ‘go / no-go’ momenten aan verbinden. Leg bijvoorbeeld uit aan bewoners dat hun actieve betrokkenheid nodig is voor (een deel van) het project, en beslis samen of het project verder kan gaan of niet.
Het is daarbij belangrijk dat er niet maar één of twee bewoners zijn die veel werk doen, maar dat bewoners in een groepje werken. Als een bewoner dan dan niet meer meedoet zijn er nog genoeg anderen om het werk samen te verdelen.
Paneel | ||
---|---|---|
| ||
2.4. Samen aan de slag in het groen |
Als de planning en organisatie van het project voldoende duidelijk is, kun je aan de slag met het groen in de buurt. Samen met bewoners in het groen werken, levert over het algemeen heel veel enthousiasme en motivatie bij bewoners op. Tijdens het werk is het vooral belangrijk dat je goed aanspreekbaar bent en bewoners dingen uit kunt leggen en kunt helpen. Jij bent de expert in het groen, aan wie bewoners hun vragen kunnen stellen. Maar het is ook mogelijk dat bewoners zelf veel kennis in huis hebben. Probeer bewoners zo veel mogelijk te leren en te ondersteunen in dingen die ze zelf willen doen. Als ze veel zelf kunnen doen aan het groen in hun buurt, kunnen ze ook trots zijn op wat ze zelf gedaan hebben. Hierdoor kan het gevoel van ‘hun eigen buurt’ groeien. Of bewoners bepaalde werkzaamheden wel of niet zelf kunnen uitvoeren, hangt af van hun eigen wensen en van veiligheidsmaatregelen (zie de volgende paragraaf: `Veiligheid tijdens het werk’).
2.4.1. Veiligheid tijdens het werk
Om bewoners goed te kunnen begeleiden tijdens het werken in het groen, is het belangrijk dat je als hovenier goed op de hoogte bent van veiligheidseisen en regelingen in verschillende situaties. Jij bent de professional waar mensen vragen aan kunnen stellen. Zo kun je bijvoorbeeld uitleggen aan bewoners dat handschoenen belangrijk zijn bij het werk met doornstruiken, en hoe ze veilig kunnen werken langs een (drukke) weg. Je kunt ook zelf in verschillende situaties voordoen wat een veilige manier van werken is.
De belangrijkste veiligheidsvoorschriften zijn te vinden in:
Last Minute Risico Analyse (LMRA) (https://certificeringsadvies.nl/wat-is-een-lmra-en-hoe-voer-je-deze-uit/)
Veiligheidscertificaat Aannemers (VCA) (https://www.vca.nl/diplomas-certificaten/vca)
Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS) (https://www.nvwa.nl/onderwerpen/speeltoestellen/warenwetbesluit-attractie-en-speeltoestellen)
📚 Heb je meer verantwoordelijkheid binnen het bedrijf, dan is het belangrijk dat je in de overeenkomst met de opdrachtgever afspraken vastlegt over aansprakelijkheid. Hierover lees je meer in het thema `Samenwerking en contracten’. Als je dit niet doet, ben jij als hovenier verantwoordelijk voor bewoners en andere vrijwilligers die meewerken. Het is altijd belangrijk om kennis te hebben van veiligheidseisen en regelingen en hiernaar te kunnen handelen.
Als projectleider is het daarbij belangrijk dat je in staat bent een plan op te stellen waar de voorman en anderen in de wijk mee aan de slag kunnen, en dat je dit ook kunt controleren. Ook kun je uitleggen aan bewoners dat bijvoorbeeld handschoenen belangrijk zijn bij het werk met doornstruiken, en hoe ze veilig kunnen werken langs een (drukke) weg. Door praktische voorbeelden te benoemen en in deze situaties aan te geven, weet je bewoners bewust te maken van hoe ze veilig te werk kunnen gaan.
Verder naar:
Paginaboom | ||||
---|---|---|---|---|
|
Bronnen
Anker | ||||
---|---|---|---|---|
|
Anker | ||||
---|---|---|---|---|
|
Anker | ||||
---|---|---|---|---|
|
Klostermann, J. E. M., Snep, R. P. H., Kuiper, J., Kievits, P., de Lange, H., Rault, M., & van Stam, L. (2021). Hoe woningcorporaties groen kunnen verbeteren. Wageningen University & Research/Van Hall Larenstein University of Applied Sciences.