Er is onderzoek gedaan naar effecten van gefermenteerde gistproducten (Diamond XPC) op de microbiele samenstelling van de darmflora bij biggen voor en na een Salmonella challenge (Price et al., 2010). Hiervoor zijn 40 biggen, gespeend op 21 dagen verdeeld over 4 groepen; controle voer, controlevoer met XPC (0,2 %) en op dag 10 gechallenged met 109 cfu Salmonella enterica serovar Typhimurium DT104 of een steriele oplossing. Op dag 17-20 zijn alle biggen behandeld met Ceftiofur-HCL. Voor, tijdens en na de infectie is gekeken naar groei en de samenstelling van de darmflora. XPC door het voer gaf wat meer compensatoire groei na de infectie en de uitscheiding van Salmonella met de faeces was trendmatig verhoogd tijdens de infectie. In een dierexperiment uitgevoerd door Wageningen UR (Van der Peet et al., 2007) zijn de effecten van een gistcelcultuur in het voer en van een gemodificeerde gistcultuur (gist met MOS bevattende gistcelwand) onderzocht bij 480 gespeende biggen (27 dagen oud). Er is gekeken naar de technische prestaties van de biggen, darmintegriteit en de samenstelling van het bloed. De dieren zijn verdeeld over 4 groepen: 1) controle voer zonder antimicrobiele groeibevorderaar (AMG, hier avilamycine 40 mg/kg) of gist, 2) controlevoer met AMG, 3) controle voer met 0,125 % gistcultuur, 4) controle voer met 1,25 % gistcultuur met 0,2 % gistcelwanden. De dieren kregen deze voeders gedurende 5 weken na het spenen. Bloed is bemonsterd bij 8 biggen na het spenen en op dag 14 en 35 na spenen. Deze biggen zijn geslacht voor onderzoek van de darm (villus/crypt ratio in het jejunum) en analyse van het profiel van de darmflora. Vergeleken met het controlevoer vertoonden de biggen van de andere groepen een hogere dagelijkse groei en een significant betere voederconversie. Voeropname werd niet beinvloed door het dieet. De groepen 2 tot 4 hadden vergelijkbare technische prestaties. De bloedsamenstelling en villus/crypt ratio werden niet beinvloed door het voer, maar wel door de tijd na het spenen, waarbij de waarden na 5 weken beter waren dan na 2 weken. Eigen onderzoek van de producent (Frank and Scott, 2012) vergeleek een Saccharomyces cerevisiae fermentatie product (Diamond V XPC) met een prototype van een Lactobacillus acidophilus fermentatie product (LAFP, zie bij Syngex) bij jonge biggen. Hiervoor zijn 120 biggen gespeend op 19 dagen (gewicht 6,7 kg) verdeeld over 4 proefgroepen, per twee gehuisvest en de proef bestond uit 15 herhalingen. De proefgroepen kregen 1) controlevoer , 2) controlevoer met XPC 1 gram/kg, 3) controlevoer met LAFP 1 gram/kg en 2 gram/kg. Het controlevoer bevatte antibiotica en farmacologische hoeveelheden zink en koper. De proef was verdeeld over twee perioden, fase 1 (dag 1-9) en fase 2 (dag 10-21) na de start van het experiment. De groei per dag van de biggen was significant hoger bij de LAPF en de XPC dieren, de eindgewichten van de LAFP dieren was significant hoger dan dat van de controles. Door gezondheidsproblemen in fase 1 en 2 moesten de dieren individueel behandeld worden met antibiotica. De LAFP dieren hoefden in fase 1 geen antibiotica, terwijl de XPC en controledieren respectievelijk 15 en 24 injecties nodig hadden. In fase twee hadden de LAFP minder injecties nodig dan de andere groepen (1 en 2 tegenover 5 (XPC) en 14 (controles). |