...
Paneel | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||
Slakken zijn weekdieren en kunnen grofweg worden ingedeeld in naaktslakken en huisjesslakken. Naaktslakken kunnen veel schade aanrichten in allerlei gewassen. Ze zijn weinig tot niet kieskeurig bij de keuze van hun voedsel. Slakken vreten bij voorkeur aan jonge scheuten en bladeren. Ze hebben een tong die uit een rij harde tandjes bestaat en schrapen/raspen daarmee over de bladeren. Naaktslakken kunnen in een uur tijd half hun lichaamsgewicht aan voedsel verorberen. De slakken kunnen overwinteren op beschutte plaatsen of door eieren. In het voorjaar voeden ze zich met dood organisch materiaal. Later vreten ze jonge plantendelen aan. De levenswijze is er op gericht om uitdroging te voorkomen. Slakken zijn hermafrodiet: elk individu heeft zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Bij de paring bevruchten de beide individuen elkaar waarna beide enkele honderden eieren kunnen produceren. De eieren worden in groepjes van 5 tot 25 stuks afgezet op beschutte, vochtige plaatsen. Ze hebben een grote vruchtbaarheid en kunnen snel voortplanten, één slak kan ± 500 eieren leggen Slakken kunnen één tot twee jaar oud worden en leggen driemaal per jaar eieren. Bij warm weer komen de eieren na drie weken uit. Eieren die in het najaar worden gelegd komen pas het volgend voorjaar uit. Tussen 18ºC 18 ºC en 30ºC 30 ºC zijn slakken het meest actief. Naaktslakken zijn gevoelig voor uitdroging en trekken zich daarom overdag terug op vochtige, koele plekken. In kassen zijn het hele jaar door vochtige plekken aanwezig. Ook de temperatuur is in kassen gunstig voor de ontwikkeling van de slakkenpopulatie. |
Paneel | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||
|
...