Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina geschiedenis

« Vorige Versie 6 Volgende »


Gewas: Diverse gewassen: Lelie


Wetenschappelijke naam: Rhodococcus fascians (Corynebacterium fascians)

Groep: Bacteriën  

Woekerziekte lelie: ernstige aantastingWoekerziekte lelie: misvormde stengelbollen, rechts gezonde plant

Woekerziekte lelie: misvormde schubben


Klik op de afbeelding voor een vergroting.

© Copyright PPO, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo

Herkenning

Bij Lelie ontstaan bij ernstige aantasting in plaats van stengeljongen bloemkoolvormige woekeringen of bolletjes met een groot aantal smalle, schubvormige orgaantjes (foto 1). Bij een minder hevige aantasting zijn de basis en het onderste deel van de buitenste schubben van de stengelbollen verdikt (foto 2). Het oppervlak van deze schubben wordt enigszins ruw en vertoont soms plooien of overlangse ribbels. Afhankelijk van de mate van aantasting vormen de geplante bollen geen of een gering aantal wortels en ontstaat geen of een minder zware spruit.

In het volgende groeiseizoen komen zwaar misvormde bolletjes niet op en gaan verloren. Minder zwaar aangetaste exemplaren vormen een kort blijvende zwakke plant met vaak opnieuw een groot aantal zieke stengelbollen. De geplante bol groeit veelal onvoldoende terwijl de buitenste schubben het ruwe oppervlak blijven houden. Wanneer dergelijke bollen een leverbare maat bereiken en in de warme kas worden geplant, ontstaat daaruit soms een plant met een sterk verdikt ondergronds stengeldeel en abnormaal forse onderste loofbladeren. Er worden dan geen stengelwortels gevormd of deze ontstaan pas in een laat stadium. Als gevolg daarvan verdrogen de bloemknoppen in een zeer vroege fase van ontwikkeling. Veelal echter heeft de aantasting geen nadelige gevolgen voor de bloementeelt of blijven de gevolgen beperkt tot een wat schralere stand van individuele planten.

Levenswijze

Woekerziekte komt voor bij veel cultivars en soorten. De verspreiding van de bacterie vindt plaats met aangetast plantgoed en vanuit besmette grond. Er zijn aanwijzingen dat de bacterie ook via machines, fust e.d. kan worden verspreid. Ook is verspreiding met spoelwater geconstateerd. Bij de vermeerdering door lelieschubben en tijdens de daaropvolgende teelt kan de ziekte een groot probleem vormen. Bij de vermeerdering door weefselkweek gaat de ziekte niet over.

Een hoge temperatuur bevordert de vermenigvuldiging van de bacterie.De bacterie tast ook andere bol- en knolgewassen aan zoals dahlia, gladiool, Gloriosa, Muscari en Triteleia. Ook andere siergewassen zoals chrysant, geranium, Fuchsia en Petunia, en groentegewassen zoals bonen, erwten, spinazie en witlof kunnen worden aangetast.

Maatregelen
  • aangetaste partijen als laatste verwerken;
  • afwijkende bollen in plantgoed en leverbaar vernietigen;
  • plantgoed een warmwaterbehandeling geven en vervolgens ontsmetten volgens geldende adviezen;
  • een ruime vruchtwisseling aanhouden; daarbij rekening houden met andere waardplanten;
  • besmette kasgrond stomen.



  • Geen labels