Gewas: Tilia, Betula, Alnus, Chaenomeles, Prunus (pruim, kers), Salix, Rosa, Quercus, Crataegus, Sorbus
Wetenschappelijke naam: Caliroa annulipes (lindebladwesp), Caliroa cerasi (vruchtboombladwesp)
Groep: Insecten
 |  |
| Slakvormige bastaardrups | Lindebladwesp aantastingsbeeld |
 |  |
| Schade door slakvormige bastaardrups | Detail |
| |
| Larve op kers, bron Eppo, foto Ilya Mityushev |
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
© Copyright WUR, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo
De bladwesp is onopvallend. De larven zien eruit als slijmerige groenige tot donkere naaktslakjes en leven op verschillende loofbomen, vooral op eik en linde. Op naaktslakjes lijkende larven van ongeveer 1 cm lang vreten aan de onderzijde (skeletteren) het bladmoes weg, waarbij de bladbovenzijde intact blijft. Daarna worden de aangetaste delen bruin.
Er zijn meerdere generaties per jaar. Bij ernstige aantastingen valt het blad af. De bomen worden in de groei geremd.
De lindebladwesp (Caliroa annulipes) zet in mei haar eitjes aan de onderzijde van het blad af. Na ongeveer 2 weken verschijnen de larven die aan de onderzijde van het blad het bladmoes wegvreten. De larven verpoppen in juli waarna binnen twee weken weer een nieuwe generatie lindebladwespen ontstaat. In augustus komt de tweede generatie larven uit die als pop in de grond overwinteren. In het voorjaar verpoppen ze zich. In mei verschijnen de zwarte bladwespen, die zetten hun eieren af op de opperhuid aan de bladonderzijde.
- Minder vatbare (resistente) soorten of rassen gebruiken
- Meestal niet nodig
- Zorgen voor goede groeiomstandigheden
- Chemische en biologische bestrijding