Verdieping jongvee
De groei en ontwikkeling van een kalf van geboorte tot de eerste keer afkalven wordt beïnvloed door verschillende factoren. Gedurende de eerste drie dagen drinkt het kalf biest. Biest bevat veel afweerstoffen. 75% van de eiwitten in de biest bestaat uit immunoglobulinen en albuminen. Het is van belang dat een kalf in de eerste levensuren zo snel mogelijk biest opneemt. De eerste biest direct na de geboorte bevat namelijk de meeste antistoffen. De biest erna bevat veel minder antistoffen. Na drie dagen is de samenstelling van de biest ongeveer gelijk aan die van gewone melk. Daarnaast is alleen in deze periode (0-36 uur) de darmwand in staat om de grote eiwitketens door te laten. Hierdoor wordt de darmfunctie bevorderd en komt het afweersysteem van het kalf op gang, waardoor het kalf zich verder kan gaan ontwikkelen.
Na de biestperiode volgt er een periode waarin de kalveren worden gevoerd met melk. Dit wordt vaak gedaan door middel van de drinkautomaat. De daarop volgende periode is de speenperiode. Een richtlijn voor het kiezen van het moment van spenen, is wanneer het kalf minimaal 1,5 kilogram krachtvoer per dag opneemt en minstens 80 kilogram weegt. Op een leeftijd van 13-15 maanden worden de kalveren geïnsemineerd zodat ze rond de 20 maanden drachtig zijn.
Vooral in het eerste jaar zijn kalveren gevoelig voor ziekten. Een daarvan is Paratuberculose. De besmetting van Paratuberculose vindt plaats via de mest of biest van besmette koeien. Om de kans op besmetting van Paratuberculose te verkleinen, is het van belang dat het kalf zo min mogelijk in contact komt met de koe. Daarnaast mag het kalf alleen biest ontvangen waarvan zeker is dat het moederdier niet besmet is met Paratuberculose.
De kalveren kunnen ook last hebben van diarree. Bij voedingsdiarree is er een verstoorde eiwit- of vetvertering. Er zijn verschillende veroorzakers van diarree. De E-coli bacterie kan diarree veroorzaken in de eerste vijf dagen van het kalf. De Rota- en Coronavirussen kunnen diarree veroorzaken tijdens de tweede tot zestiende levensdag van het kalf. De Cryptospoidiën veroorzaken diarree bij kalveren tussen de vijfde tot de twintigste levensdag van het kalf.
Andere veel voorkomende gezondheidsproblemen die invloed hebben op de groei en ontwikkeling van kalveren zijn: luchtweginfecties, wormen en zomerwrang.