Als gevolg van een ophoping van gas in de lebmaag kan deze zichzelf gaan verplaatsen. Bij de vertering van het voedsel in de pens komt veel gas vrij. Een deel van dit gas wordt opgeboerd en het andere deel word via de darmen afgevoerd. Bij een te hoge krachtvoergift kan de lebmaag deze overvloed aan gas niet snel genoeg afvoeren. Een andere reden kan zijn dat de darmen stil liggen waardoor er minder gas wordt afgevoerd en er een ophoping van gas in de lebmaag ontstaat. Doordat gas een lichte massa heeft stijgt de lebmaag op in de buik ten opzichte van andere buikorganen.
De meest voorkomende verplaatsing van de lebmaag is aan de linkerkant tussen de pens en de buikwand. Doordat bij de verplaatsing een knik ontstaat bij de ingang vanuit de boekmaag en de uitgang naar de darm ontstaat kan het gas niet weg.
Lebmaagdraaiingen kunnen plaatsvinden wanneer:
- De koe net heeft gekalfd, waardoor er veel ruimte in de buik is;
- Rantsoenovergangen (overgangen naar weidegras, energierijk);
- Verminderde doorstroming van maag- en darminhoud.