Welke technieken
Voor de bestrijding van onkruiden in wortels en witlofpennen kunnen de brander, hoekschoffel, aanaarder en vingerwieder worden gebruikt. Met wortels worden hier specifiek winterpenen bedoeld. Voor fijnere wortels zoals de waspeen zijn andere mechanische bestrijdingstechnieken meer geschikt.
Een opvallend verschil met de onkruidbestrijding in andere gewassen is het type schoffel dat wordt ingezet, de hoekschoffel. Een hoekschoffel is speciaal bedoeld om tussen de ruggen groter onkruid weg te schoffelen en kan al ingezet worden bij jonge wortel- en witlofplantjes. Het voordeel van een hoekschoffel ten opzichte van een eg is dat de planten niet beschadigd raken en de kans op virusoverdracht kleiner is. Een nadeel van het schoffelen tijdens een jong gewasstadium is het bedekken van het gewas met grond. Dit probleem kan ondervangen worden door schermschijven toe te voegen aan de hoekschoffel.
Hoekschoffelen kan ook gecombineerd worden met aanaarden maar vanwege het risico op bedekking van het gewas kan deze maatregel pas later in de teelt toegepast worden. De helft van de schoffel werkzaamheden kan ook overgenomen worden door de vingerwieder. Aan het einde van de teelt kan het zaadzettende onkruid met de hand verwijderd worden of worden afgemaaid, dit kost ongeveer 100 arbeidsuren.
Wanneer
Welke instellingen