Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina geschiedenis

« Vorige Versie 7 Huidig »


Gewas: Pioen


Wetenschappelijke naam: Pharmacis lupulina (Hepialus lupulinus)

Groep: Insecten

 
Slawortelboorder in pioen, rups met gangen de wortel van pioenSlawortelboorder, schade in Paeonie
 

Slawortelboorders in een petrischaaltje


Klik op de afbeelding voor een vergroting.

© Copyright PPO, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo

Herkenning

De rupsen vreten van juni tot oktober aan de wortels, waarbij grote gangen worden gevormd. De planten kunnen daardoor afsterven.

De vlinders zijn 15 tot 20 mm groot en lichtbruin tot grijs van kleur. De grootte van de vleugeltekening en de intensiteit hiervan varieert en lijkt dan op een omgekeerde V. De vrouwtjesvlinder heeft echter weinig contrasten.

Bovengronds zijn soms, op wat zwaardere gronden in het voorjaar, gaatjes in de bodem te zien waardoor de pop naar boven kruipt om te ontpoppen. Vaak steekt een deel van het pophuidje bij de plantvoet half uit de uitvliegopening. De lege cocons zijn een aanwijzing dat de vlucht van de vlinders is begonnen.

Levenswijze

In mei- juni laten de vrouwtjesvlinders, vooral tijdens de avonduren, eieren van 0,5 mm groot tijdens een vlucht boven het gewas vallen. Na 2 weken zijn de larven die hier uit ontstaan ongeveer 3 mm groot en bevinden zich in de bovenste 5 cm van de grond. In de loop van de tijd groeien de larven en verplaatsen zich naar diepere grondlagen.

Zes weken na het uitkomen van de eieren bevinden de larven zich reeds in de wortels waar zijn zich inboren en gangen vormen. Na oktober gaan ze in rust.

Als de bodemtemperatuur hoog genoeg is in het voorjaar verpoppen ze zich in de grond.  In mei werken ze zich naar boven en verschijnt de nieuwe generatie vlinders. 

Maatregelen
  • Los maken van de bovengrond ten tijde van de eiervluchten. Dit zorgt ervoor dat de larven die uit de eitjes komen minder goed de grond in kunnen.
  • (Kriel)kippen eten de larven en de poppen. Sectoren van max. 1000 m2 afzetten. Bij grotere stukken blijven de kippen namelijk in één hoek.
  • De Beauveria-schimmel die o.a. in compost kan voorkomen, heeft een dodend effect op de larven.
  • De larven zijn gevoelig voor Beauveria bassiana.



  • Geen labels