Biologische teelt begint bij bemesting, maar bemesting is niet het hele verhaal. In hoofdstuk 2 hebben gezien dat een gezonde, levende, bodem de basis van een biologisch bedrijf is. Het principe is altijd: de bodem voeden, niet de plant voeden. Vaak is het idee: vervang de kunstmest die je vroeger gebruikte door organische mest met dezelfde inhoud aan N, P en K, dan teel je biologisch. Dat idee klopt niet. Het is eerder omgekeerd: wat maakt de bodem op dit perceel, voor dat gewas, in een bepaald jaar(getijde) al mogelijk, en hoeveel aanvullende bemesting is daar dan nog voor nodig ? Zo ga je efficiënt om met de beschikbare mest en voorkom je uitspoeling van niet opgenomen meststoffen.
...
Een nieuwe ontwikkeling is helemaal geen dierlijke mest gebruiken, bij voorbeeld vanuit de keuze om geen dierlijke producten te eten en te gebruiken (veganistisch eten en leven). In een vegan-landbouwsysteem wordt geen dierlijke mest gebruikt, omdat het houden van dieren voor zuivel en vlees wordt afgewezen (in par. 3.2 meer over vegan als landbouw-systeem). Deze bedrijven gebruiken maai-meststoffen en evt. aanvullende minerale meststoffen, in combinatie met veel zorg voor de opbouw en het onderhoud van het organische stofgehalte van de bodem (groenbemesters, mulching, gebruik van compost en bokashi, niet-kerende grondbewerking e.d.). Andere motieven om hiervoor te kiezen kunnen een nog verdere terugdringing van de CO2-voetafdruk en van emissies van N en andere meststoffen zijn. Zie voor de regels en richtlijnen voor bemesting in de vegan-landbouw de Verdieping.
Maai-meststoffen zijn in het algemeen vlinderbloemigen (klavers, luzerne e.a.), vaak gras-klaver, die worden geteeld op het eigen bedrijf; deze worden gemaaid, evt. gehakseld en daarna als bemesting aangebracht op de teelt-percelen. De stikstof-levering uit maaimeststoffen kan aanzienlijk zijn: een perceel luzerne bij voorbeeld kan tot 400 kgN/ha/jaar binden; aangebracht als maai-meststof komt de N-levering ruim binnen het bereik van wat met drijfmest mogelijk zou zijn. Maai-meststoffen kunnen ook worden gedroogd en verwerkt tot korrels/brokken, die in een volgend jaar als meststof kunnen worden ingezet. Uiteraard kost dit altijd een deel van de beschikbare grond, dat in dat jaar niet voor productie kan worden gebruikt. Dat kost dus een deel van de productie, maar je teelt wel je eigen mest !
In een langlopend experiment met biologische landbouw in een systeem met uitsluitend plantaardige bemesting, Planty Organic, is gebleken dat dit systeem per gewas een vergelijkbare opbrengst heeft als een standaard biologisch bedrijf, maar dat na verrekening van de grond die voor de teelt van maai-meststoffen wordt gebruikt de productiviteit zo'n 17% lager is. De N-levering kon goed op peil worden gehouden. Het niveau van N-mineraal is laag, maar door een goede en gelijkmatige mineralisatie is de N-beschikbaarheid voor het gewas ruim voldoende. Voorwaarde hiervoor is een goed onderhouden bodem; dat is dus onderdeel van het experiment. Het organische stofgehalte van de bodem is in de loop van dit experiment dan ook licht verhoogd. Opvallende uitkomst is dat de beschikbaarheid van P, K en andere elementen niet terugloopt, hoewel deze niet door middel van de mest worden aangevuld. Er zijn geen tekenen van groeibeperkingen door P-tekort. Dat kan door mobilisatie van in de bodem aanwezig P en door netto transport van P vanuit de diepere ondergrond. Plan is dit in een vervolgonderzoek nader te onderzoeken. In ieder geval laat dit experiment een zeer hoge benutting (efficiëntie) van zowel N als P zien, en dus een heel lage milieubelasting door uitspoeling. Dat biedt perspectieven voor (biologische) landbouwsystemen met een beperkte aanvoer en beschikbaarheid van N en P.
Plan is in een vervolgonderzoek nader te onderzoeken of inpassing in een kringloop-concept en aanvulling van mineralen door b.v. aanvoer van compost verdere mogelijkheden biedt. Zie voor de regels en richtlijnen voor bemesting in de vegan-landbouw en het rapport van Planty Organics de Verdiepingresultaten van Planty Organic en het vervolg-experiment de Verdieping..