Versies vergeleken

Sleutel

  • Deze regel is toegevoegd.
  • Deze regel is verwijderd.
  • Formattering is gewijzigd.

In de akkerbouw worden verschillende gewasbeschermingsmiddelen toegepast voor het beschermen van de gewassen tegen ziekten en plagen en voor het onderdrukken van onkruiden. Een grote verscheidenheid aan middelen bestaat: zeer specifieke middelen die alleen de bad guys aanpakken, maar ook middelen die veel breder werken en daarmee bijvoorbeeld ook insecten doden die niet tot last zijn. Daarnaast verschillen de middelen op het gebied van in- en uitspoelbaarheid, dus hoe makkelijk ze in het grondwater terecht komen. Er zijn strenge regels voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, maar toch kan er schade ontstaan aan de omgeving.  Door andere keuzes te maken in de bedrijfsvoering kunnen de milieueffecten beperkt worden.  

Een manier om de effecten inzichtelijk te maken is ontworpen door het CLM (Centrum voor Landbouw en Milieu) en scoort verschillende gewasbeschermingsmiddelen op de milieu impact. De score is afhankelijk van welk middel gebruikt wordt, het organische stof percentage in de bodem, of het middel in het voorjaar of najaar gebruikt wordt, de hoeveelheid middel en de driftreductie percentage. Dat percentage is afhankelijk van welke technieken er gebruikt worden om de drift (het aandeel middel dat niet terecht komt op het doel gewas) te reduceren, bijvoorbeeld drift reducerende doppen of het gebruik van teelt-vrije zones langs het gewas. Er wordt gescoord op (negatieve) effecten op water en bodem organismen, grondwater, bestuivers en bestrijders. Met deze tool kan een teler makkelijker milieu afwegingen maken en kunnen alternatieven goed vergeleken worden.  Deze scores worden ook uitgerekend in de praktijkpilots, waarbij het belangrijkste doel is om telers meer inzicht te geven in de milieu effecten van gewasbeschermingsmiddelen.