Versies vergeleken

Sleutel

  • Deze regel is toegevoegd.
  • Deze regel is verwijderd.
  • Formattering is gewijzigd.

Anker
Omhoog
Omhoog

Inhoudsopgave
stylenone

8.1 Automatisch melken

Het AMS is sinds 1996 behoorlijk in opmars. De eerste introductie van het automatisch melksysteem toonde alle kenmerken van een revolutionaire omslag. Veel veehouders moesten er niet aan denken het melken over te laten aan een machine. Dat kon niet goed gaan. Een reactie vergelijkbaar met die op de eerste ligboxenstallen, toen ook velen het loslopen van de koeien op roosters niet zagen zitten. Ondertussen zijn er al veel veehouders om. De melkrobot biedt een mogelijkheid om te komen tot een hogere productie per arbeidskracht. Het apparaat wordt dan ook vooral ingezet op bedrijven met een (dreigend) arbeidstekort, of op bedrijven waar de ondernemer het rustiger aan wil doen. De ontwikkelingen op het gebied van automatisch melken gaan snel. Het probleem van de aansluittechniek is een gepasseerd station, momenteel wordt er steeds meer gewerkt aan een automatisch melksysteem die min of meer zelfdenkend werkt. Je kunt de capaciteit van de melkrobot uitdrukken in het aantal koeien per robot, je kan echter ook de capaciteit beoordelen naar het aantal kg melk dat je per systeem per dag kan melken.

Roodbont uitgeverij geeft een boek Robotmelken uit, ISBN 978-90-8740-023-1
Binnen het kigoproject sensortechnologie is een reader en een handleiding ontwikkeld. Deze zijn te downloaden:
Handleiding instructeur
Automatisch melken

Stilstand

4-8 uur

2-3 uur

Geen stilstand

Aantal koeien
Melk per melking
Gemiddelde melksnelheid
Productie/dag per robot
Jaar productie

  < 50
  8 kg
  2 kg/min
1.000-1.600
365.000 kg

60-65
  12 kg
  2.5 kg/min
 2.000
700.000 kg

  Max 80
  15 kg
  3 kg/min
2.400-2.600
950.000

De prestatie van de robot hangt af van:

  • stilstand tijd

  • de productie per koe

  • de melksnelheid van de koe

  • wel of niet beweiden

  • melkgift per melking

Eén melkrobot kan op een relatief kleine ruimte worden geïnstalleerd (ongeveer 16 m² per AMS). Een 2 x 4 visgraat melksysteem neemt al snel 50 m² in Een automatisch melksysteem functioneert het beste als de ondernemer zijn management in de stal aanpast aan het AMS. Ten opzichte van de melkstal kan de melker zijn tijd veel flexibeler indelen als hij gebruik maakt van een AMS. De koe is een kuddedier dwz de koe staat niet graag afgezonderd van de andere koeien. Doormiddel van koeherkenning kan een bepaalde koe gesepareerd worden voor behandeling zonder dat de veehouder op dat moment bezig is met de koeien. Belangrijk bij een AMS is de koerouting. De koe moet zo gestuurd worden zonder dat ze zelf merkt dat ze gestuurd wordt. Dan mag je er van uitgaan dat je rust in de stal hebt. Belangrijk is dat de koe niet belemmerd wordt in het opnemen van voer en water.

...

Om een rustig koeverkeer te realiseren zijn er een aantal punten waar men aandacht aan moet besteden:

  • Het koeverkeer of de koerouting, de stal indeling.

  • De voeding aan het voerhek. Regelmatig vers voer beschikbaar.

  • De voeding moet optimaal zijn, dwz goede structuur, smaak en voederwaarde.
    De koe moet graag aan het voerhek willen komen.Van veel zetmeel wordt de koe lui.

  • De stalvloer, loopt de koe gemakkelijk of is de vloer glad.

  • De separatieruimte, is het mogelijk om koeien na het melken in een aparte ruimte te laten lopen.

Bezoek de volgende website voor diverse informatie betreffende automatisch melken  Info automatisch melken

Omhoog

8.2 Systemen, één of meerbox

Automatische melksystemen kunnen we onderverdelen in éénboxsystemen en multiboxsystemen (twee tot vijf boxen). De capaciteit van een éénboxsysteem ligt rond de 170 melkingen per etmaal. Bij de multibox ligt dit iets gecompliceerder. Een tweebox heeft een capaciteit van circa 300 melkingen per etmaal. Elke box extra in een multibox vergroot de capaciteit met ongeveer 135 melkingen per etmaal. Ook de melksnelheid van de koeien en de melkgift zijn van invloed op de capaciteit van een automatisch melksysteem. Globaal kan men stellen dat met een automatisch systeem tussen 1.700 tot 2.200 liter per dag kan worden geproduceerd, met uitersten van 1.000 tot 2.600 l per box. Het voordeel van een multibox is dat een flexibelere groei eenvoudiger te realiseren is.

Automatische melksystemen

Dairymaster 

 Delaval

"

Fullwood 

 GEA 

Boumatic 

SAC 

Lely 

Insentec 

8.3 De Werking van het systeem

Automatische melksystemen moeten aan een aantal voorwaarden voldoen:

  • De koeien moeten vrijwillig de melkbox in willen gaan.

  • De koeien worden herkend middels een oor- of halsband transponder.

  • De koe moet zo voorbehandeld worden, zodat de koe de melk wil afgeven.

  • De spenen moeten zo gereinigd worden, zodat de spenen schoon zijn tijdens het melken.

  • Het melkstel moet vlot aangesloten kunnen worden.

  • De koe moet de melk vlot en volledig afgeven.

  • De robot zal informatie van de koe moeten registreren en beschikbaar hebben voor de boer.

  • Het AMS dient op een vorstvrije plaats in de stal te worden gebouwd.

  • Om de spenen te dedecteren wordt bij de vershillende merken gebruikgemaakt van:  laser, scanners, sensoren en vision systemen.

Omhoog

8.4 Wat is dan de taak van de ondernemer?

Automatisch melken vraagt een andere discipline dan 2x per dag melken in de melkput. Vrijwel elke robot producent werkt momenteel met een protocollenlijst waar de veehouder zich dagelijks, en meer periodiek aan moet houden, enkele voorbeelden waar het omgaat:

  • Dagelijkse controle en onderhoud op het systeem, dit is over het algemeen het schoonhouden van de sensoren en de box en het melkstel, het wisselen van de melkfilters. Vier keer per dag de attentielijst bekijken, waarvan 2 x uitgebreid en 2 x alleen de noodzakelijke Deze dagelijkse routine kost per box 45 minuten per dag.

  • Regelmatig vervangen van tepelvoeringen, afhankelijk van het aantal melkkoeien en melkingen per dag. Zie de volgende site: Vervang tepelvoeringen.

    Een vuistregel: 1 x per 2 maanden indien er gemolken wordt met siliconen tepelvoeringen, 2 x per maand indien er rubber voeringen worden gebruikt.

  • Koeien naar het melksysteem leiden die zich te weinig melden, de attentie koeien worden via de computer kenbaar gemaakt aan de ondernemer. 

  • Reageren op een storing, indien het automatisch systeem niet goed werkt krijgt de veehouder een signaal via de mobiele telefoon. De veehouder zal hierop moeten reageren door eventueel op afstand via de computer, of hij zal de stal in moeten gaan om het probleem te verhelpen.

  • Hij zal de ligplaatsen van de koeien regelmatig schoon moeten houden zodat de koeien niet met vuile uiers in de robot komen.

  • De veehouder wordt aan geraden om de uiers periodiek te scheren, je voorkomt vuilaanhechting en een beter aansluitresultaat van de robot.

  • Om de koe goed mobiel te houden is het aan te raden de klauwen minimaal 2 x per jaar te laten controleren. Een koe die kreupelt, moet direct behandeld worden, koeien die niet prettig lopen zullen niet uit zich zelf naar het melksysteem gaan.

Omhoog

8.5 Koerouting

De stal indeling is voor een deel bepalend in welke mate de koeien zich melden bij het automatisch melksysteem. Het is daarom belangrijk dat je de stal bouwt om het melksysteem, dwz je bepaalt eerst je melksysteem en je past daarna de stal er bij aan. Koeien die vrijwillig naar een melksysteem moeten lopen, willen niet een te grote afstand afleggen. Ze moeten niet te veel geleid worden door poorten enz. Ideaal is om de koeien volledig vrij te laten, dus de koe gaat niet gestuurd naar het melksysteem, we noemen dit vrij koeverkeer.
Er zijn systemen die zelf aangeven waar de koe naar toe zou moeten en de koe dan via poorten sturen naar bijv het voer, de melkrobot of de ligbox.
Bepaalde merken passen de methode toe dat de koe via de melkrobot naar het voer kan. De koe kan via een éénrichtingshek van de voerplaats naar de ligplaats, niet omgekeerd. De tegenhanger van dit systeem is, dat de koe eerst naar het voerhek kan via eenrichtingshekken, maar terug naar de ligplaats de melkrobot moet passeren. De koe wordt dan gemolken afhankelijk van tijd-of melkinterval.

De wachtruimte (8- 10 % van de robotgroep, min. 3 m2 per dier) is een ruimte waarin een aantal koeien gebracht kan worden. De koeien verlaten de wachtruimte nadat ze in de melkrobot zijn gemolken. De veehouder kan zo een aantal koeien in de wachtruimte sturen en vervolgens wat anders gaan doen. Als er geen wachtruimte is zal de boer wanneer hij enkele koeien gehaald heeft, moeten wachten totdat de laatste koe in de robot staat. Na het melken kan de koe naar een separatieruimte worden gestuurd.

Omhoog

8.6 Beweiding of volledige opstalling

De maatschappelijke discussie in Nederland betreffende koeien weiden is begrijpelijk en wordt aantrekkelijk voor de melkveehouder indien de melkprijs van weidemelk hoger wordt. Hoe pak je dit aan als je wilt werken met een melkrobot?

...

Aandachtpunten bij beweiden:

  • Afstand tot de weide

  • Lokken naar de stal met krachtvoer en niet met water

  • Groepsgrootte aantal koeien bij de robot

  • Productie niveau.

  • Stilstand ruimte voor de robot

  • Standweiden of omweiden

  • Selectiepoort

De ontwikkeling op het gebied van automatisch melken en veemanagement gaan zo snel, dat het belangrijk is de verschillende sites van de leveranciers te bezoeken.

Omhoog