De huisvlieg: ook in Nederland een bekende verschijning. Of misschien moeten we eigenlijk zeggen dat het dier berucht is! De vlieg, die altijd op het eten gaat zitten of om je hoofd zoemt.
Hoewel de BSF geen vector is voor ziektes, is de huisvlieg dit mogelijk wel. Enkele voorbeelden hiervan zijn salmonella, tuberculose en buiktyfus.
Wanneer we ons echter richten op de omzetting van afvalstromen naar hoogwaardig eiwit, is het een zeer nuttig dier. Ook dit dier geeft de voorkeur aan afvalstromen zoals mest en organisch afval.
Om te kunnen eten moet het voedsel vloeibaar zijn, of eerst vloeibaar gemaakt worden. Hiervoor spuit de vlieg maagsappen op het voedsel. De vlieg beschikt namelijk over een mond die dient als spons en kan zo het vloeibaar geworden voedsel opzuigen of opvegen. In de volgende video is dat goed te zien.
De huisvlieg heeft een lengte tussen de 6 tot 7 mm, waarbij de vrouwtjes doorgaans langer zijn dan de mannetjes.
Ook dit insect bestaat uit de 3 onderdelen: kop, thorax en buik.
Een ander kenmerk om ze te onderscheiden is de ogen. De ogen van de vrouwtjes staan iets verder uiteen dan bij de mannetjes.
De ogen zijn sowieso een van de meest opvallende kenmerken van de vlieg. Misschien heb je je wel eens afgevraagd waarom ze zich zo moeilijk laten vangen? Precies… ze zien bijna alles! Hoewel ze niet kunnen focussen hebben ze een 360 graden zicht. Welke kant je ze ook probeert te benaderen, ze zien je aankomen.
*cartoon?*
Een oog van een vlieg bestaan uit 3000-6000 simpele ogen. Tussen deze ‘samengestelde’ ogen, bevinden zich nog 3 ogen. Deze vormen eigenlijk het kompas van de vlieg, zodat de vlieg weet wat boven en onder is, en ze nemen licht waar.
Net als de BSF volgt de huisvlieg een cyclus, van eitje tot larven tot volwassen vlieg.
De eitjes worden afgezet op een plek waar veel organisch materiaal aanwezig is, bij voorkeur in staat van ontbinding. Zodra de maden uitkomen hebben ze gelijk voedsel beschikbaar en kan het verdere groeien beginnen. Dat groeien gaat snel! Aangezien het exoskelet niet kan meegroeien, vinden er 3 vervellingen plaats. Als de larve groot genoeg is begraaft het zich in het (organisch) afvalmateriaal, om vervolgens te verpoppen.
Zodra de vlieg uit de pop is gekropen, heeft deze 3 maanden om zich voort te planten. De vrouwtjes leggen zo’n 900 eieren in totaal.