Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina geschiedenis

« Vorige Versie 11 Volgende »

Gewas: Sierteelt, diverse gewassen

Wetenschappelijke naam: Myzus persicae en Myzus persicae subsp. nicotianae

Groep: Insecten

 
 
Groene perzikluis    

Rode variant van de perzikluis komt ook voor

 
 
PerzikluizenBladluizen op blad en stengel in een chrysantengewas


Klik op de afbeelding voor een vergroting.

© Copyright WUR, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo

Herkenning

De groene perzikluis is 1,2-2,5 mm groot en een beweeglijke, ovale bladluis. De kleur varieert van wit of grijsachtig groen tot donkerder groen. Er komt ook een rode vorm voor. De poten zijn vrij kort. De antennes zijn ongeveer even lang als het lichaam. Deze soort heeft duidelijk zichtbare voorhoofdsknobbels. Bij de gevleugelde vorm zijn kop en schouders vrij donker en is op het achterlijf een donkere vlek zichtbaar. De bladluis zit in groepjes over de hele plant, maar met name aan de bovenkant van de bovenste bladeren. Het zijn beweeglijke luizen, die regelmatig over de plant zwerven, vaak richting bloemknoppen. De perzikluis kan zowel binnen in kassen als buiten aangetroffen worden.

De tabaksperzikluis lijkt erg veel op de groene perzikluis. De soort is te beschouwen als een ondersoort (Myzus persicae subsp. nicotianae) en is vooral een plaag op tabak in zowel de Verenigde Staten als Zuid-Amerika. De tabaksperzikluis komt ook in diverse gewassen onder glas voor zoals in paprika, aubergine, chrysant en diverse potplanten en snijbloemen. 


Levenswijze

De groene perzikluis overwintert als ei op Prunus, o.a. P. persica, P. padus en P. serotina (Amerikaanse vogelkers) en als levendbarend vrouwtje op allerlei gewassen in kassen en buiten op siergewassen, cultuurgewassen (koolzaad) en onkruiden.

De perzikluis plant zich in kassen ongeslachtelijk voort. De populatie bestaat uit levendbarende vrouwtjes. Jonge luizen zijn een kopie van de moeder. De jongen doorlopen 4 stadia (nymfen). Na iedere vervelling blijven witte vervellingshuidjes achter. Direct na hun geboorte beginnen de luizen aan de planten te zuigen. Volwassen luizen kunnen zowel gevleugeld als ongevleugeld zijn. Gevleugelde luizen ontstaan bij overbevolking.

Maatregelen
  • Directe schade valt over het algemeen mee. Soms bladvervorming of krulling. Ook schade door honingdauwproductie komt voor. De meeste schade wordt echter veroorzaakt door het grote aantal virussen die deze bladluis kan overbrengen. De perzikluis komt over de hele wereld voor en staat bekend als de belangrijkste virusvector onder de bladluizen. De economische schade kan daarom groot zijn door deze plaag.
  • Goede hygiëne en insectengaas in de luchtramen kunnen een aantasting van gewassen door luis verminderen tot vrijwel voorkomen.
  • De bladluizen kunnen biologisch worden bestreden. Er kan een keuze worden gemaakt uit diverse natuurlijke vijanden: sluipwespen, galmug, lieve heersbeestjes, zweefvlieg en een gaasvlieg. Ook kan een biologisch schimmel product worden gespoten.




  • Geen labels