De invloed van veranderingen in maatschappelijke opvattingen en technologische ontwikkelingen
Vooral in de ontwikkelde landen vragen de zorgen in de maatschappij om een verbetering van de gezondheid en het welzijn van zeugen en vleesvarkens. Daarom breiden varkensfokkerijen (bijvoorbeeld Topigs Norsvin) de selectie- en fokdoelkenmerken uit met levensduurkenmerken van zeugen en robuustheidkenmerken van biggen. De levensduur van zeugen wordt negatief beïnvloed door het optreden van beengebreken, kreupelheid en de incidentie van baarmoederproblemen (prolaps). Dit zijn erfelijke eigenschappen, b.v. de erfelijkheidsgraad voor de incidentie van baarmoederprolaps is 0,20-0,30. De robuustheidskenmerken van vleesvarkens zullen worden verbeterd door selectie op overleving van biggen en vleesvarkens. Variatie in dagelijkse voeropname wordt gebruikt als indicator voor robuustheid en drukt de veerkracht van een dier uit (minder variatie in dagelijkse voeropname = robuuster en meer veerkracht). Natuurlijke selectie tegen het Porcine Reproductive and Respiratory Syndrome (PPRS) is in ontwikkeling en gene editing staat voor dit doel ook ter discussie. De techniek is wat dat betreft veelbelovend, maar de maatschappelijke opinie is, in ieder geval in de Europese Unie, negatief.
De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) drukt de maatschappelijke zorg uit in aanbevelingen richting fokbedrijven voor het welzijn van varkens: om excessieve concurrentie binnen een toom te voorkomen, mag de toomgrootte het aantal functionele spenen van een zeug niet overschrijden. Om de levensduur van een zeug te verbeteren is de EFSA zelfs van mening dat het gemiddelde aantal levend geboren biggen niet hoger mag zijn dan 12 tot 14. Fokbedrijven moeten anticiperen op vrije kraamstalsystemen waarbij wordt geselecteerd op het geboortegewicht van de biggen en levensvatbaarheid. En wordt geselecteerd op moedergedrag, goed beenwerk en uierkwaliteit van de zeugen.
Castratie van beren is of wordt in ontwikkelde landen verboden en daarom is de (genomic) selection tegen beregeur vereist. Bijtgedrag is nog steeds een punt van zorg. Er wordt onderzoek gedaan door fokkerijbedrijven met videotechnieken om het gedrag te bestuderen en de bijters en hun slachtoffers te vinden.
Gelukkig creëren de technologische ontwikkelingen mogelijkheden om nieuwe selectiekenmerken intensief vast te leggen en het fokdoel uit te breiden met nieuwe kenmerken die aansluiten bij maatschappelijke wensen en de gezondheid en het welzijn van zeugen en vleesvarkens verbeteren die gehouden worden in productiesystemen die aanvaardbaar zijn voor de maatschappij.