Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina geschiedenis

« Vorige Versie 4 Volgende »

Gewas: Chrysant

Wetenschappelijke naam: Phoma chrysanthemicola f.sp. chrysanthemicola

Groep: Schimmels

 
Phoma, bruinrode streepjes op de wortels en onderste stengelgedeelte (Foto NAKS)


Klik op de afbeelding voor een vergroting.

© Copyright PPO, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo

Herkenning

Phoma chrysanthemicola f.sp. chrysanthemicola of wortelrot is een schimmelziekte, die in chrysant schade aanricht. Bij aangetaste planten kleuren de nerven en het aangrenzende bladweefsel geel. Daarna wordt het hele blad geel en sterft af.

De afgestorven bladeren blijven aan de stengel hangen. De eerste symptomen worden zichtbaar aan de onderste bladeren. De symptomen op de wortels bestaan uit kleine roodachtige, later bruine, vlekjes en insnoering van de wortel. Na enige tijd worden wortels en stengelbasis zwartbruin waarbij in het schorsweefsel veel scheurtjes voorkomen. Daarnaast is de stengel vlak boven de grond verdikt. Aangetaste planten blijven achter in ontwikkeling en hebben een klein wortelstelsel.

Levenswijze

De schimmel vormt in het afgestorven schorsweefsel (van de wortel) en bij de stengelbasis persistente ruststructuren in de vorm van kleine zwartbruine puntjes. Boven de grond kunnen zich pycniden (sporenhouders) ontwikkelen, deze zien er ook uit als minuscuul kleine zwarte puntjes.

De ruststructuren zijn bestand tegen ongunstige omstandigheden en kunnen daardoor de grond geruime tijd besmetten. De in de sporenhouders ontwikkelde sporen kunnen zich alleen onder optimale omstandigheden verspreiden. Meestal worden de chrysanten vanuit de grond geïnfecteerd waarna de schimmel zich in de plant verder ontwikkelt. De schimmel ontwikkelt zich optimaal bij een temperatuur van ongeveer 25 oC.

Naast chrysant komt deze schimmel ook voor bij diverse andere composieten.

Maatregelen
  • Voorkom een te natte grond en een grond met een hoge pH.
  • Zorg voor een goede bodemstructuur.
  • Telen bij een hoger stikstof en fosfaat niveau van de grond vermindert de kans op aantasting.
  • Er zijn rasverschillen qua gevoeligheid.
  • Vóór het planten de grond stomen.



  • Geen labels