Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

Je bekijkt een oude versie van deze pagina. Bekijk de huidige versie.

Vergelijk met huidige Toon pagina geschiedenis

« Vorige Versie 9 Volgende »

Gewas: Vijfnaaldige Pinussoorten (P. strobus, P. monticola, P. lambertiana, P. cembra). Wisselwaard Ribes nigrum (zwarte bes)

Wetenschappelijke naam: Cronartium ribicola

Groep: Roestchimmels

SymptomenSymptomen

Uredinia van C. ribicola op RibesbladTelia van C. ribicola op Ribesblad


Klik op de afbeelding voor een vergroting.

© Copyright PPO, NVWA (PD), DLV, KAD, Landbrugsinfo

Herkenning

Zwartebessenroest / weymouthdennenblaasroest is een roestschimmel. Deze schimmel heeft twee waardplanten die elk verschillende stadia van de schimmel bevatten. De ene waardplant is één van de Ribes-soorten, de andere is één van de Pinus-soorten waarvan de naalden in bosjes van vijf bij elkaar staan, bijvoorbeeld de weymouthden (Pinus strobus). Op de onderzijde van het blad van de Ribes zitten oranje plekjes, uredinia, met daarin oranje sporen. Aan bovenkant van het blad zijn die plekjes als gele vlekjes te zien. Op de naalden van de weymouthden ontstaan eerst kleine gele stippen. In het volgende seizoen ontstaan op stam en takken kankerachtige gezwellen, de naalden verkleuren rood en de takken sterven uiteindelijk af. Bij de zwellingen komt hars naar buiten.

Levenswijze

Op de Ribes-soorten worden in voorjaar en zomer oranjebruine plekjes, uredinia, gevormd aan de onderzijde van het blad. Daarin worden de vegetatieve urediniosporen gevormd die gedurende de zomer andere Ribesplanten kunnen infecteren.

Aan het eind van de zomer worden op deze plekjes telia gevormd: langwerpige vruchtlichaampjes die een ander soort sporen maken, de teliosporen. Uit die teliosporen kiemen dan weer basidiosporen.

Deze basidiosporen infecteren in de herfst de naalden van de weymouthdennen. In die naalden worden gele spermagoniën (2mm) gevormd waarna een soort geslachtelijke voorplanting plaatsvindt. Het schimmelweefsel dat daaruit ontstaat, groeit vanuit de naalden de twijg in. In het volgende groeiseizoen ontstaan daarin kleine zwellingen en geelkleuring.

Van half april tot half mei barsten de door het schimmelweefsel gevormde aecia door de bast. Aecia zijn kleine (3 mm) bekertjes met daarin oranje aeciosporen, ook wel bekersporen genoemd. Deze aeciosporen verspreiden zich met wind en regen en kunnen dan Ribes-soorten infecteren.

Het schimmelweefsel dat vanuit deze aeciosporen door het blad heen groeit, vormt na enige tijd uredinia aan de onderkant van het blad. En zo is deze ingewikkelde levenscyclus rond.

De weymouthdennen blijven geïnfecteerd en zullen elk jaar weer aecia produceren tot de bomen afsterven.

Maatregelen
  • Van de Ribes-soorten zijn vooral zwarte bessen gevoelig voor deze roest. Vermijd daarom bij elkaar planten van zwarte bessen en vijfnaaldige Pinus-soorten.
  • Planten van minder vatbare cultivars van de weymouthden.




  • Geen labels