Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

You are viewing an old version of this content. View the current version.

Vergelijk met huidige View Version History

« Vorige Versie 43 Volgende »

Voor alle diergroepen is heel veel over gezondheid en huisvesting te vinden in de stalboekjes.


Pluimveeketen

De biologische legpluimvee-keten ziet er nu zo uit:

Vermeerdering, broederij en opfok gebeuren nu in aparte bedrijven. Deze vallen onder de verantwoordelijkheid van een zogenaamde broederij- en opfokintegratie. De leghennenhouders kopen daar hun leghennen in. Onder de nu in Nederland geldende regels moeten de leghennen wel afkomstig zijn van een biologisch opfokbedrijf, maar hoeft het vermeerderingsbedrijf nog niet biologisch te werken. Onder de nieuwe Verordening (volgens plan geldend vanaf 1 januari 2021) moet de hele keten biologisch worden, dus ook vermeerderingsbedrijven (moederdieren), broederij en opfok. Daar moeten de biologische kippenbedrijven nu naar toe werken. 

De hiervoor genoemde opfokintegraties werken nu ook voor biologische productie vaak nog met dezelfde ‘rassen’ die ook in de gangbare legpluimveehouderij worden ingezet. Hoge productie en efficiëncy zijn nog de belangrijkste criteria.  Er is wel steeds meer belangstelling voor de ontwikkeling en vermeerdering van kippenrassen die beter geschikt zijn voor de biologische houderij. Dat zijn vooral wat robuustere kippen die zich beter houden in de vrije uitloop en met een betere ruwvoer-conversie. Ook is er steeds meer belangstelling voor zgn. dubbeldoel-rassen, met een hogere restwaarde na de leg-periode en betere vleeskenmerken van de haantjes (zie verder par. 4.3). Er zijn al wel biologische vermeerderingsbedrijven die zich daarop toeleggen.

Er is steeds meer bezwaar tegen de vernietiging van de manlijke kuikens meteen na het sexen. Er wordt gezocht naar alternatieven, waarbij de haantjes kunnen opgroeien tot een volwaardig product. Dat is een opgave voor de hele pluimvee-keten: er zijn andere rassen nodig (dubbeldoel-rassen), een opgave voor de vermeerderingsbedrijven, er moeten bedrijven zijn die de opfok van de haantjes oppakken (in plaats van te werken met de gangbare rassen vleeskuikens), de slachterijen moeten de haantjes kunnen verwerken en er moet afzet voor zijn, dus vraag bij de consument.

De afzet, dus de vraag bij de consument, is hierin de spilfactor. Feit is dat deze rassen zodanig inboeten op efficiëncy w.b. eierproductie (minder eieren, meer voer) dat de extra opbrengst van de haantjes daar nu nog niet tegenop kan wegen. Dit werkt dus alleen voor een niche markt waarin je extra toegevoegde waarde weet te creëren. De afzet van hele haantjes loopt nog niet zo goed. Er wordt gewerkt aan meer bewerkte producten met haantjes-vlees (kip-burgers e.d.) die beter passen in het huidige voedingspatroon. maar dat levert nu erg dure kipburgers op. De positieve beleving (‘ik doe iets goeds’) moet dan maken dat consumenten er extra geld voor willen betalen. Vaak zie je dat er een constructie wordt gezocht waarbij de eieren (van de hennen met de ‘geredde broertjes’) duurder worden gemaakt, waardoor het hanenvlees onder de kostprijs kan worden verkocht. Redenerend vanuit keten-verantwoordelijkheid en de biologische principes is dat geen vreemde constructie. Op den duur zal opschalen van deze kip+haan keten en van de verwerking van het vlees tot een lagere kostprijs moeten leiden.

De keten-samenwerking die hiervoor nodig is wordt georganiseerd in de projecten Man-in de-pan en Mannelijke dieren (zie Verdieping). In de graasdierensector is er een vergelijkbaar probleem. Stierkalveren worden vaak afgevoerd naar gangbare mesterijen, bokjes hebben nauwelijks waarde. Ook hier is opfok binnen de biologische keten een opgave voor de hele keten en is deze sterk afhankelijk van de vraag van de consumenten. Daarom organiseert Bionext  publiekscampagnes gericht op bekendheid en acceptatie van 'mannenvlees' uit de biologische keten.


VERDIEPING

verwaarding restwaarde legkippen

initiatief Bio-meerwaardekip

verwaarding manlijke dieren

Bionext-project man-in-de-pan

dubbeldoel - kippen

Voor de verwaarding van uitgelegde legkippen en van de haantjes is het werken met een ander soort kippen van belang, zgn. dubbeldoel kippen. In dit interview op Groen Kennisnet vertelt Vera Bavinck van de studieclub Dubbeldoelkip daar het nodige over.

vrije uitloop pluimvee, combinatie met plantaardige productie

De (verplichte) vrije uitloop van pluimvee biedt nog veel uitdagingen. Vooral een wat grotere uitloop wordt niet altijd goed benut, zeker als deze te weinig beschutting biedt. Niet elke beschutting is even effectief. Om de grond van de uitloop zo efficiënt mogelijk te gebruiken is combinatie met teelt mogelijk, Dan wordt beschutting gecombineerd met plantaardige productie (fruit, noten, bessen, hout e.a.). Veel informatie over mogelijkheden, voor- en nadelen en verdienmogelijkheden is bijeen gebracht in het rapport Meerwaarde creëren door duurzame combinaties van plantaardige teelten .

Er gelden regels voor een periode van leegstand, zodat de begroeiing in de vrije uitloop zich kan herstellen. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft de periode van leegstand tussen twee koppels voor alle soorten pluimvee in 2022 vastgesteld op 30 dagen. Voorheen werd onderscheid gemaakt tussen leghennen (60 dagen) en vleeskuikens (30 dagen).

Deze bepaling is gebaseerd op de nieuwe EU-verordening voor de biologische landbouw. Doel van de verordening is dat de vegetatie weer aan kan groeien tussen twee tussen twee koppels pluimvee in.

Rundveeketen

Aanbieden van en zoeken naar biologische dieren kan sinds kort op de nieuwe database Nationale dierlijke database 'OrganicXLivestock' .

Kalveren bij de koe ?

Een actueel vraagstuk is: laat je kalveren bij de koe en bij de koe drinken, of zet je ze zoals gebruikelijk meteen apart in een kalverhok en voer je ze handmatig ? Vanuit optiek van dierenwelzijn wordt er steeds meer voor gepleit de kalveren bij de koe te laten (en zelfs voor een wettelijk verbod op scheiden van kalf en koe direct na de worp). Waarschijnlijk (cijfers niet bekend) voelen relatief veel bio-boeren hiervoor. Toch wordt hier heel verschillend over gedacht: volgens andere boeren geeft juist de latere scheiding van koe en kalf veel meer stress. In ieder geval iets om goed over na te denken. Ook de wetenschap is er nog niet uit.

Voor meer info zie deze pagina op Groen Kennisnet: Kalf bij de koe: hoe ?

In dit artikel komen voor- en nadelen aan de orde: https://www.biojournaal.nl/article/9503802/daar-gaat-voor-zeven-euro-aan-melk-in/ Het artikel linkt naar een TV-uitzending waarin voor- en tegenstanders aan het woord komen.


  • Geen labels