Vrouwelijke Bij deze kruising worden vrouwelijke dieren van ras A worden gekruist met mannelijke dieren van ras B. Hun vrouwelijke nakomelingen (F1F1: AB) worden dan gekruist met een mannelijk dier van ras C. Hun vrouwelijke nakomelingen (F2F2: 25 % 25% A, 25 % B en 50% C) worden vervolgens gekruist met mannelijke dieren een mannelijk dier van ras A. Hun vrouwelijke nakomelingen (F3F3: 62.5 % ,5% A, 12.5 % ,5% B en 25 % 25% C) worden gekruist met mannelijke dieren een mannelijk dier van ras B . vrouwelijke dieren worden dus steeds gekruist met enz. Afwisselend in elke generatie worden er mannelijke dieren van ras A, B , en C om gebruikt en om per generatie. De gekruiste vrouwelijke dieren uit in alle generaties kunnen worden gebruikt worden om vervanging voor de volgende generatie om vervangende vrouwelijke dieren te produceren. In zo’n Bij een dergelijke kruising kan nog steeds een groot deel (6/7) van de het heterosis nog steeds benut effect worden benut.
...
Informatie |
---|
Verklaring termen
|