In deze kennisclip leren we je meer over het berekenen en toewijzen van koolstof emissies, beter bekend als carbon accounting. Bedrijven en landen maken gebruik van carbon accounting om inzicht te krijgen in hun klimaatimpact. Deze klimaatimpact wordt uitgedrukt als carbon footprint, ofwel koolstofvoetafdruk. Zo kan de koolstofvoetafdruk worden berekend van individuele producten, complete bedrijven of zelfs hele landen. Ten slotte kunnen verschillende producten, bedrijven en landen ook onderling met elkaar vergeleken worden, op gelijke basis.
Na het beluisteren van deze kennisclip kun je de volgende vragen beantwoorden:
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
Carbon accounting is een manier om de uitstoot van klimaatemissies te berekenen. Hiervoor kunnen verschillende rekenmethodes worden toegepast. |
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
Bedrijven die vrijwillig hun CO2 uitstoot willen rapporteren maken vaak gebruik van het Greenhouse Gas Protocol. Hierbij wordt weergegeven hoeveel emissies direct (Scope 1) door het bedrijf worden uitgestoten, en indirect, bijvoorbeeld door de elektriciteitsconsumptie, productie van grondstoffen en gebruik van producten (Scope 2 en 3). Voor het berekenen van de koolstofvoetafdruk van producten wordt vaak gebruik gemaakt van lifecycle assessment ofwel LCA. Hierbij worden alle emissies, vanaf de grondstofproductie tot aan het einde van de levenscyclus van het product, bij elkaar opgeteld. Verder zijn er verschillende methodes die verschillen in de mate van keuzevrijheid voor de gebruiker. Bij striktere methodes zijn de eindresultaten makkelijker te vergelijken tussen verschillende producten onderling. De Richtlijn Hernieuwbare Energie bevat een gedetailleerde methode voor het berekenen van koolstofvoetafdruk van hernieuwbare brandstoffen en deze te vergelijken met de emissies uit fossiele brandstoffen. |
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
Bij het berekenen van de klimaatwinst door gebruik van hernieuwbare brandstoffen kijken we naar de hele levenscyclus van het product. De productie van de grondstof en de conversie naar brandstof zijn meestal verantwoordelijk voor het grootste deel van de emissies. Als er ergens in de keten andere broeikasgassen dan CO2 worden uitgestoten, zoals methaan (CH4) en lachgas (N2O), dan worden deze uitgedrukt in CO2 equivalenten. Uiteindelijk wordt de klimaatimpact van de brandstof uitgedrukt in grammen CO2 equivalent per megajoule geproduceerde energie. Dit getal kan vervolgens vergeleken worden met de impact van fossiele brandstoffen. |
...
Carbon accounting is een methode om de klimaatimpact van activiteiten, producten of organisaties te berekenen. Het kan worden toegepast op verschillende niveaus, zoals individuele productieplaatsen, hele bedrijven, of zelfs landen in het kader van internationale overeenkomsten zoals het Kyoto Protocol of het Parijsakkoord. Daarnaast kan carbon accounting ook betrekking hebben op productieketens, waarbij de koolstofvoetafdruk per eenheid product wordt berekend, zoals een fles melk, een paar schoenen, of een liter benzine.
Leerdoelen
Begrijpen wat carbon accounting is, wat het doel ervan is en hoe het wordt toegepast op verschillende niveaus zoals bedrijven, landen en productieketens.
Inzicht in levenscyclusanalyse (LCA), hoe deze wordt gebruikt om de koolstofvoetafdruk van producten te berekenen, en wat de term "cradle-to-grave" betekent in dit kader.
Kennis van de EU Renewable Energy Directive (RED) en waarom LCA berekeningen belangrijk zijn voor de wetgeving en CO2-besparingen.
Herkennen van de verschillende emissiefactoren in de biobrandstofketens, zoals CO2, methaan (CH4) en distikstofoxide (N2O), en begrijpen hoe deze bijdragen aan de totale klimaatimpact.
Begrijpen van de strategieën die bedrijven gebruiken om hun CO2-prestaties te verbeteren, zoals efficiëntere meststoffentoepassing, slimme landbouwmethoden en het gebruik van hernieuwbare energie in de toeleveringsketen.
Kennisclip
Widget Connector | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Verdieping en uitleg
Urgent |
---|
Goed Onthouden
|
Verschillende benaderingen van Carbon Accounting
Bedrijven die vrijwillig hun koolstofimpact willen rapporteren, gebruiken vaak het Greenhouse Gas Protocol. Dit protocol maakt het mogelijk om directe emissies (Scope 1), emissies door gekochte energie (Scope 2) en emissies in de toeleveringsketen en door het gebruik van producten (Scope 3) te rapporteren. De Scope 2 en 3 emissies van één bedrijf zijn feitelijk de Scope 1 emissies van andere bedrijven. Scope 1 emissies van alle activiteiten in een land worden opgenomen in de nationale rapportages.
Om de koolstofvoetafdruk van producten te begrijpen, wordt vaak gebruikgemaakt van een levenscyclusanalyse (LCA). Dit houdt in dat alle emissies worden geteld vanaf de productie van de grondstoffen tot aan het einde van de levensduur van het product, ook wel "cradle-to-grave" genoemd. Voor brandstoffen wordt dit ook wel "well-to-wheel" genoemd. Verschillende LCA-methodologieën bestaan, afhankelijk van het doel van de analyse.
Het EU Renewable Energy Directive (RED) berekeningsmodel
De EU Renewable Energy Directive (RED) bevat een gedetailleerde methodologie om de levenscyclusemissies van hernieuwbare brandstoffen te berekenen in vergelijking met fossiele brandstoffen. Deze methodologie is onderdeel van de wetgeving en vereist dat hernieuwbare brandstoffen in de EU-markt aanzienlijke CO2-besparingen realiseren ten opzichte van fossiele brandstoffen.
De levenscyclusemissie wordt berekend door de emissies van alle activiteiten en bronnen langs de toeleveringsketen op te tellen. In de biobrandstofketens komen emissies vooral voor bij de productie van grondstoffen in de landbouw en in de conversiefaciliteit. Bij het gebruik van afval of residuen zijn de emissies van grondstofproductie vrijwel nihil. De resultaten worden uitgedrukt in gram CO2-equivalent per Megajoule (g CO2e/MJ), een maat voor de klimaatimpact.
Besparingen kunnen ook optreden door koolstofopslag in bomen of landbouwgrond, of door koolstofafvang tijdens de conversiestap. De CO2 die tijdens de verbranding wordt uitgestoten, wordt als nul emissie behandeld, omdat deze gelijk is aan de CO2 die aan het begin van de toeleveringsketen werd opgenomen door de gewassen.
Andere broeikasgassen en emissies
Naast CO2 hebben ook andere gassen een klimaatimpact, zoals methaan (CH4) en distikstofoxide (N2O). Hun impact wordt uitgedrukt in CO2-equivalenten. CO2 wordt voornamelijk uitgestoten tijdens de verbranding van fossiele brandstoffen. N2O-emissies treden vooral op tijdens de toepassing van synthetische meststoffen en CH4-emissies komen voornamelijk van vee en hun mest, of van rottend plantaardig materiaal in wetlands.
Carbon Footprint berekening
Om de koolstofvoetafdruk te berekenen, wordt een inventaris gemaakt van alle massa- en energie-invoerpunten in de toeleveringsketen. Voor elk van deze invoerpunten kunnen standaardwaarden worden gebruikt om te begrijpen welke emissies tijdens de productie en het gebruik zijn veroorzaakt. De resultaten laten zien dat biodiesel op basis van gebruikte frituurolie een toeleveringsketenemissie heeft van 11 g CO2e/MJ, terwijl fossiele diesel een emissie van 94 g CO2e/MJ heeft. Hierdoor bespaart het gebruik van deze biodiesel 88% aan emissies in vergelijking met fossiele diesel.
Compliance en verbeteringen
Om te voldoen aan de vereisten van de RED, gebruiken bedrijven duurzaamheidscertificaten waarop de reductiescore van broeikasgasemissies staat vermeld. Deze certificaten worden gebruikt in de Europese handel in hernieuwbare brandstoffen. Bedrijven verbeteren geleidelijk hun CO2-prestaties door efficiëntere meststoffentoepassing, slimme landbouwmethoden, verbeteringen in de conversieprocessen, of het gebruik van hernieuwbare energie in de toeleveringsketen. Duitsland loopt voorop door de best presterende ketens te stimuleren en de industrie reageert door de maatregelen te implementeren.
Extra leesmateriaal
Renewable Energy – Recast to 2030 (RED II) - European Commission (europa.eu)
Werkgroep Partnership for Carbon Accounting Financials (dnb.nl)
Toetsvragen
| |||||
---|---|---|---|---|---|
a) Het berekenen van de financiële winst van een bedrijf b) Het meten van de klimaatimpact van activiteiten, producten of organisaties c) Het bepalen van de marktwaarde van hernieuwbare energiebronnen d) Het analyseren van de productie-efficiëntie van een fabriek | |||||
|
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
Een levenscyclusanalyse (LCA) is een methode om de koolstofvoetafdruk van producten te berekenen door alle emissies vanaf de productie van grondstoffen tot aan het einde van de levensduur van het product in kaart te brengen. Dit wordt ook wel "cradle-to-grave" genoemd. In de context van brandstoffen wordt het "well-to-wheel" genoemd. LCA helpt bij het begrijpen van de totale klimaatimpact van een product gedurende zijn hele levenscyclus. |
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
Waar. De CO2-uitstoot tijdens de verbranding van biobrandstoffen wordt als nul emissie behandeld omdat deze CO2 gelijk is aan de hoeveelheid die door de gewassen aan het begin van de toeleveringsketen is opgenomen, waardoor biobrandstoffen klimaatneutraal zijn in termen van CO2-uitstoot. |