Grond kan besmet zijn met ziekteverwekkers door overdracht via dierlijke mest (zie achtergrond GlobalGAP v6 richtlijnen over organische mest, onderdeel 1), beregeningswater (zie achtergrond GlobalGAP v6 richtlijnen over water, onderdeel 2), of wilde dieren (onderdeel 3.3 Overdracht van ziekteverwekkers via (wilde) dieren). Daarnaast kunnen ziekteverwekkers zich vermeerderen rondom plantenwortels [kader 7, rhizosfeer]. Om deze reden worden grond en gronddeeltjes die vasthecht zijn aan handen, machines en (oogst) materialen als potentiële besmettingsbronnen beschouwd. Dit geldt ook voor gronddeeltjes die tijdens teelt en oogst opspatten op het gewas terechtkomen. Gronddeeltjes kunnen na heftige regenbuien of beregening opspatten en op het gewas terechtkomen.
Uitvouwen | ||
---|---|---|
| ||
De rhizosfeer is de zone in grond die wordt beïnvloed door de plant. Planten kunnen de microbiologische samenstelling van de bodem sturen door het uitscheiden van stoffen (wortel exudaten) en afgestorven wortel- en andere plant-gerelateerde delen en hiermee micro-organismen te voorzien van plaatsen voor aanhechting en mogelijkheden om planten binnen te dringen. Deze processen gezamenlijk leiden ertoe dat de microbiologische samenstelling in rhizosfeer grond wezenlijk verschilt ten opzichte van niet bewortelde (bulk) grond. Uitscheiding van eenvoudig afbreekbare stoffen in de vorm van suikers, organische zuren, aminozuren en andere stoffen zorgen voor aantrekking van bodemmicro-organismen (rekrutering), verhoging van de metabole activiteit en vermeerdering van micro-organismen. In het kader van transmissie van voedselpathogenen naar planten werd in het PPS project over transmissie van humaan pathogenen [kader 6] veronderstelt dat ziekteverwekkers zouden kunnen profiteren van het verhoogde voedselaanbod in de rhizosfeer. Dit bleek ook zo te zijn, wat resulteerde in hogere dichtheden en een aanzienlijk langere verblijftijd van ziekteverwekkers bij plantenwortels. |
...
title | Kader 6. PPS Transmissie humaan pathogenen. |
---|
...
Vocht, vaak in combinatie met hoge temperaturen, zal ertoe leiden dat bacteriën en schimmels gaan groeien. Stank, rot en schimmelplekken zijn vaak de zichtbare gevolgen daarvan, maar niet zichtbare uitgroei kan er al toe leiden dat er ziekmakende micro-organismen of hun giftige stoffen op geoogste producten terechtkomen. Naast humaan pathogenen zijn er ook bacterie en schimmel soorten bekend die giftige stoffen produceren (onder andere mycotoxinen) die een risico vormen voor de gezondheid van consumenten. Over het algemeen geldt dat vochtophoping in bewaarruimtes vermeden moet worden en dat producten bij de juiste temperatuur (vaak gekoeld) bewaard moeten worden.