Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

You are viewing an old version of this content. View the current version.

Vergelijk met huidige View Version History

« Vorige Versie 5 Volgende »

In gecontroleerde fokprogramma's worden paringsprogramma's gedurende vele generaties gebruikt. Ze worden gekenmerkt door twee principes: 1) elke vader en elke moeder zal nakomelingen voortbrengen waarvan ten minste één individu (mannelijk of vrouwelijk) als ouder zal worden geselecteerd voor de volgende generatie en 2) vaderdieren worden zo ingezet dat, wanneer er bijvoorbeeld 25 vaderdieren worden ingezet, het 25 generaties zal duren voordat zijn nakomelingen onderling gepaard worden en de inteelt op deze vader op gang komt. Dergelijke systemen worden toegepast in de commerciële varkens- en pluimveefokkerij om de raszuivere selectielijnen in stand te houden en te ontwikkelen. Binnen deze lijnen wordt dus een cirkelvormig schema toegepast dat er als volgt kan uitzien:

In minder gecontroleerde fokprogramma’s, b.v. bij heideschapen wordt onder de deelnemende koppels ook een vorm van circulaire paring toegepast: de rammencirkel. In deze kuddes heideschapen worden een groot aantal ooien gehouden samen met een aantal rammen. Dit impliceert dat van individuele heideschapen de vader onbekend is. Hieronder vind je de illustratie van de cirkel:

Voorbeeld van een rammencirkel. Elke gekleurde vlek is een kudde. De rode kudde krijgt altijd (jaarlijks) jonge rammen uit de donkergele kudde en levert jaarlijks jonge rammen aan de grijze kudde, etc.

In dit voorbeeld nemen 6 verschillende koppels deel aan de cirkel. Dat houdt in dat het 6 generaties duurt voordat een ram met 1/6 van de genen uit het rode koppel via rammen geboren in het donkergele koppel weer in het rode koppel wordt gebruikt en er voor het eerst inteelt zal plaatsvinden. Als er meer koppels meedoen, duurt het meer generaties voordat de inteelt op gang komt. Het is een zeer effectief systeem om de inteelt op een laag niveau te houden en een laag inteeltpercentage te creëren. Bij het overwegen van de implementatie van een schema moeten genetische verschillen tussen de koppels en de vaste volgorde van het uitwisselen van rammen grondig worden bestudeerd en besproken. Een fokker moet accepteren dat hij altijd rammen uit dezelfde kudde krijgt.

  • Geen labels