Doel
Het variëren van de plantafstand wordt gedaan om de maximale potentie van het perceel te benutten.
Mogelijkheden
‘’Door overal dezelfde zaaiafstand aan te houden, ontstaat een onregelmatige gewasstand. Langs sloten en op de kopakkers staat het gewas vaak te dun (door de slechtere bodemstructuur en vraat). Op de goede stukken staat het gewas vaak zo dicht dat ze elkaar verdringen. Er is sprake van suboptimale gewasgroei. Naast het optimaliseren van de groei kan er wellicht ook worden bespaard op het zaaigoed.’’(KMWP, 2006) De variabele zaaiafstand is mogelijk per rij of per werkbreedte van een zaaimachine. Het voordeel van het variëren per rij is dat ingelezen kaarten zeer nauwkeurig kunnen worden uitgevoerd. Een voordeel om de plantafstand per werkbreedte te variëren is de kostprijs die lager is omdat er minder hard en software nodig is
Werking
De werking bestaat uit het (veelal) hydraulisch of elektrisch regelen van de zaaischijven. De software lees een taakkaart uit en geeft aan de specifieke zaaimachine door wat de gewenste zaaiafstand is. Deze moet vervolgend de snelheid van de zaaischijven regelen om de zaaiafstand te vergroten of te verkleinen. Hoe dit gebeurd is per machine verschillend. Er zijn machines die het regelen per zaai-element, machines die het per sectie van 3 of meer zaai elementen regelen en machines die het over de gehele breedte regelen.