/
3.2 Minerale bodems in Nederland

3.2 Minerale bodems in Nederland

Owned by KOMBeterBodemBeheer
Last updated: nov. 11, 2024
2 min read

Minerale bodems worden ingedeeld op basis van het kleigehalte. In Nederland is er ruwweg een tweedeling te maken in minerale bodemtypes. Er zijn zandgronden en kleigronden. Zandgronden bestaan uit maximaal 8% klei en minimaal 50% zand.. Binnen deze twee groepen zijn er nog meer fijnere indelingen op basis van de verhouding lutum(klei)/silt/zand mogelijk. Een zandgrond bevat 0 tot 8% lutum. Zavelgronden zijn de lichtere kleigronden met 8-12% lutum voor de lichte zavelgronden, 12-17,5% lutum voor de matig lichte zavelgronden en 17,5-25% lutum voor de zware zavelgronden. In kleigronden vinden we meer dan 25% lutum. Lichte kleigronden hebben 25-35% lutum en matig en zware kleigronden meer dan 35% lutum. Welke grondsoort op een bepaalde plaats in Nederland te vinden is, is hier te bekijken: https://www.atlasleefomgeving.nl/bodemkaart-van-nl-150000

Meer gedetailleerde informatie over bodems in Nederland is hier te vinden: https://www.geologievannederland.nl/ondergrond/bodems.html

 

 

Figuur2.png
Figuur 2 schematisch overzicht van de samenstelling van bodems. De grijze band geeft aan welke bodems in Nederland gevonden kunnen worden (links); Grondsoortenkaart van Nederland (rechts).
Bron: https://www.geologievannederland.nl/ondergrond/bodems.html

Om uit het de door zee of rivier afgezette deeltjes echt een bodem te laten vormen moet bodemvorming, , ook wel pedogenese genoemd, plaatsvinden. Dit proces wordt beïnvloed door verschillende bodemvormende factoren:

  1. Moedermateriaal: De chemische en mineralogische samenstelling van het oorspronkelijke gesteente, sediment of veen speelt een rol.

  2. Klimaat: Temperatuur en neerslag beïnvloeden de aard en intensiteit van de bodemvormende processen.

  3. Topografische ligging: Het reliëf en de positie van de bodem in het landschap zijn belangrijk voor waterbeschikbaarheid en bodemmateriaal.

  4. Biologische factoren: Flora en fauna dragen bij aan humificatie (vorming van organische stof), leveren van organische stof (bv plantenmateriaal) en bioturbatie (omwoelen van de grond).

  5. Tijd: Er is veel tijd nodig om bodemvorming plaats te laten vinden, want dit is een langzaam proces dat duizenden jaren kan duren voordat een volledig bodemprofiel is opgebouwd.

  6. Mens: Menselijke activiteiten, zoals veranderingen in de grondwaterstand, kunnen ook de bodemvorming beïnvloeden.