Vegetatie index

Om de reflectie van een gewas op een gestandaardiseerde manier te kunnen vergelijken met gewaseigenschappen wordt een zogenaamde vegetatie index berekend (Tabel 1). Hierbij wordt volgens een bepaalde formule de reflectie in specifieke banden met elkaar gecombineerd. De hoeveelheid licht wat reflecteert van het gewas is afhankelijk van de chemische (b.v. chlorofyl) en fysische eigenschappen (b.v. hoogte) van het gewas. Sommige vegetatie indices zijn opgesteld om te relateren aan biomassa (NDVI, WDVI). Andere zijn juist gevoeliger voor de hoeveelheid chlorofyl of stikstof in het blad (b.v. red-edge position (REP)). Dus voor het monitoren van verschillende gewas parameters zijn ook verschillende vegetatie indices nodig. 


Tabel 1: vegetatie indices Bron: Eindrapport PPL project 023, L. Kooistra, 2011

Een aantal vegetatie indices zoals de NDVI en WDVI die vooral te relateren zijn aan groene biomassa zijn al in de jaren 70 en 80 ontwikkeld op basis van de toen beschikbare Landsat satellieten. Daarna werden ook de eerste chlorofyl en stikstof indices gepubliceerd die vooral gebaseerd waren op de scherpe overgang in de rededge. De laatste 10 jaar zijn een groot aantal indices gepubliceerd om stikstof en chlorofyl in de vegetatie te bepalen die zijn gebaseerd op relatief smalle spectrale banden rond de red-edge: TCARI/OSAVI, DCNI, NDRE etc. Deze laatste indices kunnen nog niet worden toegepast op satelliet data omdat deze niet de juiste spectrale banden hebben. Maar de verwachting is dat een nieuwe generatie satellieten (b.v. Sentinel-2) deze spectrale banden wel beschikbaar heeft.