Spring naar het einde van metadata
Ga nar het begin van metadata

You are viewing an old version of this content. View the current version.

Vergelijk met huidige View Version History

« Vorige Versie 8 Volgende »

Gekruiste vrouwelijke dieren (F1’s) worden gekruist met een raszuiver manlijk dier van een derde ras. Voor hun nakomelingen, de tweede generatie in de kruising, wordt de notatie F2 gebruikt. In dit systeem kan het volledige effect van heterosis bij de gekruiste moederdieren (F1) worden benut.

Hieronder is het voorbeeld van een driewegkruising en de terugkruising voor vleesrassen bij runderen uitgewerkt:

Hierboven is een speciaal geval van een drievoudige kruising weergegeven. Dit is de paring van vrouwelijke kruisingen met een vader van één van de ouderrassen. Dit staat bekend als een terugkruising. In het verleden was in Nederland bij varkens de terugkruising met de Dutch Large White erg populair. De Landras zeugen waren uitstekende moeders. De Dutch Large White was uitstekend qua groei- en karkaskenmerken, maar slechter qua moederkenmerken. De eerste kruising leverde uitstekende zeugen op met een hoge worpgrootte (vanwege de Landras-kenmerken en de heterosis) en na de terugkruising met de Dutch Large White werden een groot aantal biggen geboren met een uitstekende groei en karkaskwaliteit.

Verklaring termen     

  • Bull=stier

  • breed=ras,

  • cow=koe,

  • crossbred=kruising,

  • progeny=nakomelingen,

  • purebred=zuiver ras,

  • terminal sire=vader eindproduct,

  • market=markt,

  • backcross=terugkruising,

  • Geen labels