...
De invloed van de genen op het fenotype is nog gecompliceerder. Tot nu toe hebben we het alleen over de erfelijke aanleg van een dier zelf gehad. In een vorig hoofdstuk (5.11.3) werd het duidelijk dat niet alleen de erfelijke aanleg van een dier zelf de ontwikkeling beïnvloedt, maar ook de maternale effecten. Echter, als je erover nadenkt, is het niet alleen de moeder die invloed uitoefent op jouw ontwikkeling. Ook je broers en zussen, klasgenootjes, sommige pestkoppen, familie en vrienden hebben invloed op jouw ontwikkeling. Met andere woorden: veel mensen hebben invloed op wie je nu bent. Een deel van deze invloed wordt veroorzaakt door de ervaringen van al die mensen zelf. Maar een deel wordt ook veroorzaakt voor de genen van deze mensen. Het moet nu duidelijk zijn waarom we deze indirecte effecten de sociaal genetische effecten noemen.
...
Het fenotype van een dier wordt door andere dieren beïnvloed. De andere dieren zijn een deel van de omgeving van het dier, waar, net als bij de maternale effecten, de ‘omgeving’ een genetische component heeft: de genen van de andere dieren. Met andere woorden: het fenotype van elk dier wordt beïnvloed door een direct genetisch effect (zijn eigen genen) en zijn eigen omgeving, maar ook indirect door fenotypische effecten van dieren uit de omgeving van het dier. Net als het maternale effect heeft het sociale fenotype een genetische en een omgevingscomponent. Dit wordt in het figuur weergegeven. Het beeldt een hok met 4 varkens uit, met de pijlen van de directe en de sociale effecten op varken 1. Varken 1 heeft een fenotype veroorzaakt door zijn eigen genen en zijn omgeving (PD), maar het wordt ook beinvloed door de sociale fenotypes (PS) van zijn hokgenoten. Je kunt je voorstellen dat als deze hokgenoten stil en vriendelijk zijn, varken 1 beter kan presteren dan wanneer hij gebeten en gepest wordt door de anderen. Dan kan hij moeilijk bij het eten en groeit hij minder goed. Sociale effecten kunnen op ieder moment een rol spelen als dieren in sociale structuren gehouden worden in een hok, stal, of kooi.
...
Paneel | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||
DefinitieDe indirecte of sociale effecten beschrijven de effecten die het fenotype van andere dieren uit hetzelfde hok, stal of kooi hebben op de prestatie van een dier. Net als met het maternale effect zijn de sociale effecten fenotypen die bestaan uit combinaties van genen en de omgeving die gevormd wordt door de andere dieren. |