8. Randenbeheer
In het verleden waren de randen van percelen minder in gebruik voor gewasproductie. Grillige perceelsranden, slootranden en overhoekjes lagen braak. Langs hagen of houtwallen was er minder licht en water beschikbaar voor het gewas. Hier waren vaak kruidenbegroeiingen aanwezig. In de opschaling van de landbouw zijn deze kruidenranden vaak verdwenen door het samenvoegen van percelen, verdwijnen van hagen en houtwallen en het dempen van sloten. Ook het streven naar hoge productie leidt er toe dat randen worden ingezaaid, ook al is de productie hier minder. Momenteel worden kruidenranden met verschillende doelen weer geïntegreerd in de bedrijfsvoering. Hiermee wordt de biodiversiteit ondersteund op delen van de grond die minder geschikt is voor productie, wordt er bijgedragen aan het landschap en wordt er gewerkt aan natuurinclusieve landbouw (NIL) en functionele agrobiodiversiteit. In dit fiche worden vier typen randen behandeld:
FAB-randen (Functionele Agrobiodiversiteit) stimuleren nuttige biodiversiteit door een positief effect op natuurlijke plaagbestrijding en bestuiving. Het doel is de productie te ondersteunen, en een alternatief te bieden voor kunstmatige plaagbestrijding.
Bufferstroken hebben als doel een buffer te creëren tussen het perceel en de sloot zodat er minder afspoeling is van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater.
ANLb akkerranden (Agrarisch Natuur- en landschapsbeheer) zijn gericht op ondersteuning van doelsoorten. In akkergebied zijn dat voornamelijk akkervogels als geelgors, patrijs en blauwe kiekendief.
Ecologisch berm- of slootbeheer heeft als doel biodiversiteit te stimuleren door gefaseerd of niet elk jaar volledig te maaien.
In de praktijk is er veel overlap tussen de verschillende doelen mogelijk. Elke rand langs een sloot zal werken als bufferstrook. En een rand gericht op akkervogels kan ook prima werken als FAB-rand.
Meerjarige, bloeiende akkerranden zorgen voor voedsel (nectar, stuifmeel, bladluizen en andere prooien) en schuil- en overwinterplaatsen. Indien akkerranden goed zijn aangelegd en worden onderhouden, hebben deze een bewezen zeer positief effect op, biodiversiteit, plaagbestrijding, bestuiving en bijdragen aan betere waterkwaliteit. Er zijn ook aandachtspunten zoals eventuele inkomstenderving en vergoeding daarvoor, specifiek beheer van akkerranden en omgaan met onkruiden.
Kruidenrijke akkerrand langs een gerstakker bij Dijkershoek
Bron: Stichting Open Boek