3.1.1 - Bevorderen agrobiodiversiteit: waarom en hoe?
Natuurinclusieve landbouw is een vorm van duurzame landbouw. Met natuurinclusieve landbouw produceert een boer voedsel binnen de grenzen van natuur, milieu en leefomgeving met een positief effect op de biodiversiteit, ook buiten zijn agrarische bedrijf. Agrobiodiversiteit - de biodiversiteit op agrarische bedrijven - speelt een belangrijke rol in de natuurinclusieve landbouw.
Je kunt die agrobiodiversiteit indelen aan de hand van specifieke soorten planten en dieren, de bodem en landschapselementen. Deze hangen vaak nauw met elkaar samen.
Agrobiodiversiteit is onder te verdelen in:
Functionele agrobiodiversiteit: soorten planten en dieren die nuttig zijn voor boeren. Deze staan aan de basis van een veerkrachtig landbouw- en voedselsysteem.
Soorten planten en dieren die afhankelijk zijn van het boerenland. Deze soorten komen voor in extensief beheerd boerenland met gunstige milieucondities en natuurlijke waterstanden. Voor een aantal soorten heeft Nederland ook een belangrijke kraamkamerfunctie.
Boeren kunnen agrobiodiversiteit bevorderen door:
Ervoor te zorgen dat er brongebieden van soorten zijn of worden aangelegd en zorgen voor de benodigde verbindingen in het landschap waarlangs deze soorten zich kunnen bewegen.
Het landschap afwisselender te maken door bijvoorbeeld verschillende landschapselementen aan te leggen of te onderhouden (heggen, sloten met natuurvriendelijke oevers, houtwallen). Zo kunnen er meer verschillende soorten dieren voedsel en schuil- en nestgelegenheid in het landschap vinden, ook wanneer het bijvoorbeeld een wat natter of droger jaar is.
Er zijn diverse redenen waarom een boer planten en dieren op en rond zijn bedrijf zou willen beschermen:
Boeren hebben profijt van functionele agrobiodiversiteit en natuurlijke processen in hun bedrijfsvoering. Denk aan een goed bodemleven en insecten en vogelsoorten die het ontstaan van plagen tegengaan. Als boeren de agrobiodiversiteit en natuurlijke processen optimaal benutten hoeven ze minder technische oplossingen toe te passen (bijvoorbeeld chemische plaagbestrijding, extra grondbewerking) en hoeven ze de daarbij behorende kosten niet te maken.
Boeren kunnen zorg hebben voor soorten die afhankelijk zijn van boerenland. Deze soorten hebben een wat extensiever boerenland en gunstiger e milieucondities nodig om in Nederland te kunnen (blijven) voorkomen.
Boeren kunnen een bijdrage willen leveren aan een mooi platteland dat rijk is aan planten-en diersoorten. Dit biedt ook een gezonde en prettige leefomgeving aan medebewoners en recreanten. Een rijk platteland omvat alle soorten die je op boerenland, maar ook elders aan kan treffen: van kwetsbare soorten zoals grutto’s tot veelvoorkomende soorten als paardenbloemen en zwaluwen.