/
Strategieën van circulariteit

Strategieën van circulariteit

In essentie worden grondstoffen in een circulaire economie wel gebruikt maar niet verbruikt. Dat wil zeggen; grondstoffen raken niet op door gebruik, maar worden juist telkens hergebruikt. Laten we eens kijken hoe hergebruik er uit kan zien voor verschillende materialen. Welke video grijpt jouw aandacht? Ga je voor het verhaal achter drie plastic flessen? Of zie je liever wat er gebeurt in de wereld van staal?

 

 

Toch draait de circulaire economie niet alleen om hergebruik in de vorm van recycling. Er zijn vele manieren om te zorgen dat we minder grondstoffen nodig hebben. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) heeft verschillende strategieën geïdentificeerd en op een rijtje gezet. Of eigenlijk, op een ladder gezet!

R-ladder

Het PBL heeft een circulariteitsladder, ook bekend als de R-ladder, ontwikkeld om verschillende R-strategieën te beschrijven die helpen om het gebruik van primaire abiotische grondstoffen te verminderen. De R-ladder heeft 6 treden (R1 tot en met R6). Hoe hoger de strategie op de ladder, hoe meer grondstoffen worden bespaard. R1 staat bovenaan als de hoogste trede.

 

R-ladder met strategieën van circulariteit.

 

De R-strategieën worden als volgt gedefinieerd:

R1. Refuse en Rethink  (afwijzen en heroverwegen)

  • Afstappen van producten of materialen die niet nodig zijn. Producten worden overbodig gemaakt door van de functie af te zien, of de functie wordt met een radicaal ander product geleverd.

  • Intensiveer productgebruik. Producten kunnen bijvoorbeeld via deelplatformen veel efficiënter worden gebruikt. Zo kan één gedeelde boormachine door tien mensen worden gebruikt in plaats van dat elk van hen er individueel een zou moeten kopen. Een ander voorbeeld kan zijn om meer multifunctionele producten te maken.

R2. Reduce (verminderen)

Grondstoffen efficiënter gebruiken door minder grondstoffenverbruik tijdens de productie en het gebruik van producten.

R3. Re-use (hergebruiken)

Hergebruik van afgedankt nog goed product, in dezelfde functie door een andere gebruiker. Denk bijvoorbeeld aan ontwerpen voor een langere levensduur. Er zijn diverse platforms die gebruikte producten een tweede leven geven.

R4. Repair, Refurbish, Remanufacture en Repurpose (repareren, opknappen, reviseren en hergebruiken)

  • Reparatie en onderhoud van een kapot product voor gebruik in zijn oude functie. Verleng zo de levensduur van producten.

  • Opknappen en/of moderniseren van oud product. Maak nieuwe producten van oude producten.

  • Onderdelen van een afgedankt product gebruiken in een nieuw product met dezelfde of andere functie.

R5. Recycling

Materialen verwerken tot grondstoffen met dezelfde (hoogwaardige) of mindere (laagwaardige) kwaliteit dan de oorspronkelijke grondstof. Denk aan het verwerken en hergebruiken van grondstoffen en reststromen of afval, zoals gras, afvalhout en koffiedik.

R6. Recover (terugwinnen)

Verbranden van materialen met energieterugwinning. In een circulaire economie komen zo min mogelijk materialen bij deze stap terecht.

 

Voor de productie en het gebruik van biomassa en voedsel heeft het PBL een aparte ladder uitgewerkt. Dit is nodig omdat de strategieën van hergebruik (R3) en reparatie en hergebruik van productonderdelen (R4) meestal niet toepasbaar zijn op voedsel of biomassa. Neem een tomaat, die kun je niet repareren als deze gescheurd is. In het Achtergrondrapport bij circulaire economie in kaart van het PBL wordt de volgende uitleg gegeven:

R1. Het optimaal gebruiken van natuurlijke hulpbronnen (zoals bodem, water en biodiversiteit). Een voorbeeld van een activiteit is de voedselproductie op daken. Een dergelijke vorm van stadslandbouw vermindert de druk op landbouwgrond (in beperkte mate). Een andere mogelijkheid is het produceren van voedingsproducten die producten met een hoge milieudruk kunnen vervangen. Denk aan vegetarische gehaktballetjes en andere vleesvervangers, zoals zwammen of algen.

R2. Het verminderen van voedselverspilling, bijvoorbeeld door restaurants die werken met voedsel dat anders wordt weggegooid (zoals Instock). Denk ook aan initiatieven die ‘geredde groente en fruit’ (groente en fruit die vanwege uiterlijke kwaliteitseisen niet kunnen worden verkocht in het standaardverkoopkanaal) omzetten in soepen en sauzen (zoals Kromkommer en de Verspillingsfabriek).

R5. Het gebruiken van reststromen voor voedsel, veevoer, materiaal of meststof/compost, bijvoorbeeld door het gebruiken van broodresten om bier te brouwen.

  • R5.1 – Reststroom gebruiken als voedsel of diervoeder

  • R5.2 – Reststroom gebruiken als grondstoffen voor de industrie

  • R5.3 – Reststroom gebruiken als meststof of compost

R6. Het gebruiken van reststromen voor energie, zoals vergisters en palletkachels die biotische reststromen (voornamelijk) omzetten in energie. Vergisters produceren ook meststoffen (recycling), maar omdat ze ontworpen zijn voor energieproductie hebben we ze ingedeeld bij recover.

Bij R5 en R6 is het van belang dat mineralen worden teruggebracht in de landbouw (als meststof of diervoeder) nadat de organische stoffen uit het product zijn gebruikt of omgezet.

 

De EllenMacArthur Foundation maakt ook een duidelijk verschil tussen wat zij noemen de ‘technische cyclus’ en de ‘biologische cyclus’. In de technische cyclus worden producten (zoals auto’s, tapijt, elektronica) en materialen (zoals metalen en plastics) in omloop gehouden door processen zoals hergebruik, reparatie, remanufacturing en recycling. In de biologische cyclus worden nutriënten uit biologisch afbreekbaar materiaal teruggeleverd aan de aarde om natuurlijke kringlopen (zoals de koolstof- en stikstofkringlopen) in stand te houden. Samen vormen de technische- en biologische cyclus een circulair systeem dat de EllenMacArthur Foundation illustreert aan de hand van het ‘butterfly diagram’:

 


Nu je meer weet over de R-ladder en welke circulariteitsstrategieën er zijn, kun je jouw nieuwe kennis testen aan de hand van onderstaande video over de levenscyclus van T-shirts. Welke R-strategieën worden tegen het einde van de video genoemd?

 

 

In volgorde waarin ze genoemd worden in de video:

R3. Re-use – ‘Shopping 2nd hand.’
Door kleding 2de hands te kopen worden afgedankte, nog goede producten hergebruikt.

R5. Recycling – ‘Buy clothing made from recycled fabrics.’
Het recyclen van afgedankte kleding tot nieuwe stof waar nieuwe kleding van gemaakt wordt.

R2. Reduce – ‘Wash clothes less and line dry.’
Door kleding minder vaak te wassen en te drogen aan een waslijn in plaats van in een droger, bespaar je aardig wat water, wasmiddel en elektriciteit. Waarschijnlijk gaat je wasmachine ook wat langer mee.

R3. Re-use – ‘Donate old or unwanted clothes.’
Kleding die je doneert in plaats van weggooit, kan door een ander hergebruikt worden. Inleveren voor recycling zou bijdragen aan circulariteit via R5.

R4. Repurpose – ‘Re-use as cleaning cloth.’
Een oud, gescheurd T-shirt kan nog prima gebruikt worden als schoonmaakdoek. Hoewel het dan niet meer functioneert als T-shirt, wordt het materiaal nog steeds nuttig ingezet.

R1. Refuse – ‘How many T-shirts do you need?’
Hoeveel T-shirts heb je echt nodig? Misschien kun je wel met minder toe en dat scheelt een hele hoop materiaal en impact op het milieu.

 

 

Meer weten?

Meer zien?

  • Op het YouTube kanaal van Insider Business staat een uitgebreide collectie over World Wide Waste. Van laptops tot jeans; hoe gaan we om met ons afval? (Engels)

  • De EllenMacArthur Foundation heeft een YouTube kanaal gevuld met video’s over de circulaire economie. (Engels)

  • Op het YouTube kanaal van Het Klokhuis staat een uitgebreide collectie Doen Ze Dat Zo? met video’s over hoe producten worden gemaakt, maar ook over recycling van allerlei afvalstromen.

 

 

 

 

Related content

Circulaire glastuinbouw
Circulaire glastuinbouw
More like this
Start
More like this
Bewonersinitiatieven in Dordtse wijken Wielwijk, Crabbehof, Zuidhoven en Sterrenburg, gemeente Dordrecht
Bewonersinitiatieven in Dordtse wijken Wielwijk, Crabbehof, Zuidhoven en Sterrenburg, gemeente Dordrecht
More like this
Torsiewieder
Torsiewieder
More like this
Vergroenen met bewoners in De Haagse Hendrik & De Gaarde, Woningcorporatie Haag Wonen
Vergroenen met bewoners in De Haagse Hendrik & De Gaarde, Woningcorporatie Haag Wonen
More like this