Membraanfiltratie (micro, ultra, nano)

Bij filtratie worden met behulp van een membraan de vaste deeltjes met daaraan geassocieerde nutriënten gescheiden van de vloeistof. Membraanfiltratie wordt veelal toegepast op dunne, waterige stromen na mechanische of primaire scheiding van dierlijke mest. Afhankelijk van grootte van de poriën in het membraan is er sprake van micro-, ultra- of nanofiltratie. Ook omgekeerde osmose werkt met een membraan en kan hieronder worden geschaard.

Membraanfiltratie, microfiltratie, ultrafiltratie, nanofiltratie, membranen

Door dunne mestfracties te filteren door een membraan worden fijne deeltjes en daaraan geassocieerde nutriënten gescheiden van de vloeistof. Hierdoor ontstaat een geconcentreerde nutriëntenstroom (concentraat) en een relatief schoon effluent (permeaat).

Bij membraanfiltratie wordt gebruik gemaakt van keramische membranen welke, afhankelijk van de grootte van de poriën van het membraan, bepaalde deeltjes en nutriënten tegenhoudt. Twee methoden om de membranen te gebruiken zijn dead-end of cross-flow. Bij dead-end stroomt de vloeistof loodrecht op het membraan en vormt zich een laag met afgezette deeltjes (de “koek") op het membraan. Periodiek wordt deze laag losgemaakt en weggespoeld of chemisch gereinigd. Bij cross-flow wordt de vloeistof horizontaal langs het membraan gestuurd met een bepaalde snelheid. Het permeaat (het water) kan door het membraan zakken, terwijl de deeltjes boven het membraan mee stromen. Hierdoor hoeft de zogenaamde koek niet steeds te worden verwijderd. Om de dunne mestfractie door het membraan te krijgen is een druk noodzakelijk.

Open

Versimpelde schematische weergave dead-end en cross-flow

• Microfiltratie (MF)

• Ultrafiltratie (UF)

• Nanofiltratie (NF)

• Omgekeerde Osmose (RO)

Voorbeelden van bedrijven die deze techniek leveren zijn:

• Farmcubes (omgekeerde osmose)

• AMKCO Europe (mestbehandeling)

• JOZ (separatoren)

• BÈTA industrie (filters)

• Slootsmid (mestscheiders)