6.2. Ontwikkeling biologisch: aanbod - vraag
6.2.1 ontwikkeling biologisch areaal en aantal bedrijven
De biologische landbouw groeit, zowel in aantal bedrijven als in biologisch beteeld areaal (gecertificeerd en in omschakeling). Die groei is er vooral vanaf 2015. Door de jaren is het beeld wel verschillend.
ontwikkeling 2014 - 2023
| 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
ha. bio incl. in omschakeling | 59.120 | 61,765 | 69.516 | 71,351 | 75,205 | 79.664 | 83.356 | 86.425 | 93.215 |
Bedrijven bio incl. omschakelaars | 1.801 | 1.831 | 1.930 | 2.010 | 2.076 | 2.115 | 2.208 | 2.249 | 2.264 |
% areaal bio Nederland incl. in omschakeling | 3,1 | 3,3 | 3,4 | 4,0 | 4,2 | 4,2 | 4,6 | 4,8 | 5,2 |
% areaal bio EU | 5,7 | 6,2 | 7,0 | 7,7 | 8,5 | 9,2 | 9,6 | 10,4 |
|
Cijfers Bionext trendrapporten, SKAL, FIBL
Het biologisch beteeld areaal schommelde lange tijd tussen de ruim 50.000 en 55.000 ha. (inclusief areaal in omschakeling), maar groeit sinds 2015 aanmerkelijk. Eind 2023 is het bio-areaal gegroeid tot 93.215 ha. (incl. in omschakeling). Het percentage bio van het totale areaal landbouw in Nederland groeide van 3,1% in 2015 tot 5,2% in 2023 (incl. in omschakeling). Van 2022 op 2023 was er een toename van 9,5% ! (alleen gecertificeerd)
Ook het aantal bedrijven is gegroeid, van 1.801 tot 2.564 in 2023. Die groei was onstuimig in de jaren 2015 - 2018, maar vlakt daarna af. Dit weerspiegelt zich ook in het aantal omschakelaars. Percentueel groeit het areaal sneller dan het aantal bedrijven.
Dit laat zien dat de groei vooral zit in uitbreiding van al bestaande bedrijven; een tendens die al vanaf 2017 zichtbaar is. De groei zat dus ook in de schaal van de bedrijven. Bio-bedrijven zijn gemiddeld iets groter dan gangbare: destijds 36 ha., tegenover gangbaar 32 ha. (SKAL). In 2023 was een bio-bedrijf al gemiddeld 41 ha. (SKAL).
Tot 2018 zat de groei vooral in de dierlijke bedrijfstakken, vanaf 2018 vooral in de plantaardige. Niettemin is zo’n 60% van het biologisch areaal grasland voor de dierlijke productie. In 2015 was het aandeel grasland nog zo’n 70%.
er zijn verschillen per deelsector: de laatste jaren is het aantal melkvee- en varkensbedrijven redelijk stabiel; het aantal schapen-, geiten- en pluimveebedrijven daalt geleidelijk. Maar let wel: dit zegt niets over het areaal en de grootte van deze bedrijven.
In alle jaren is er steeds ook verlies van bio-grond en bio-bedrijven geweest. De cijfers hierboven laten de netto toename zien. Het CBS brengt het groeipatroon mooi in beeld:
Nederland heeft binnen de EU een relatief klein aandeel biologische landbouw, met 5,2% in 2023 (inclusief areaal in omschakeling). In de EU als geheel was dit in 2023 10,4% (gecertificeerd). 10 EU-landen komen boven de 10%. Percentueel is Oostenrijk koploper (25,5%), in aantal ha. staan Frankrijk, Spanje en Italië bovenaan.
Gezien het relatief lage percentage bio in Nederland, de sterk groeiende vraag en het overheidsdoel van 15% bio-landbouw in 2030 lijkt er volop ruimte voor verdere groei. Om het overheidsdoel te halen moet er vanaf 2023 tot 2030 jaarlijks gemiddeld 26.000 ha. netto bijkomen. Heel veel gezien het groeipatroon in de afgelopen jaren.
ontwikkeling biologisch-dynamische landbouw
Van het totaal areaal biologisch (incl. omschakeling) is in 2022 11 % biologisch-dynamisch. In 2023 wats dit 10%, 0,5 van het totale landbouwareaal.
Het areaal biodynamische landbouw is berekend over de afgelopen tien jaar t.m. 2022 met 81% gestegen van 5.150 tot 9.471 hectare (inclusief in omschakeling naar BD). Het aantal biodynamische bedrijven (inclusief omschakelende bedrijven) nam in diezelfde periode toe van 120 naar 156. De gemiddelde bedrijfsgrootte nam toe van 44,9 hectare in 2011 tot 60,7 hectare in 2022. In 2023 is een lichte daling opgetreden, naar 9228 ha. en 147 bedrijven. Dat komt vooral doordat zich geen nieuwe toetreders meldden. De onzekere marktsituatie kan daar oorzaak van zijn. De gemiddelde bedrijfsopvang nam wel toe, naar 65 ha..; een trend die we in de hele bio-landbouw zien.
Wereldwijd zijn er in 2022 7087 Demeter gecertificeerde boerderijen op 255.051 hectare in 65 landen(+12% t.o.v. 2021), waarvan de meeste, 42%, in Duitsland. Dit blijkt uit de nieuwe Demeter Monitor 2022/2023. Ook hier is een lichte daling, naar 7067 bedrijven, met 267.219 ha. in 58 landen (cijfers begin 2024).
ontwikkeling biologische landbouw Vlaanderen
In Vlaanderen is het aandeel biologische landbouw met 1,6% van het landbouwareaal (2023) relatief klein. Er zit wel de groei In: ten opzichte van 2020 is het aantal bedrijven in 2020 gegroeid met 5% en het areaal met 8%. Ook de consumptie van bio-producten groeide met 4%, naar een marktaandeel van 2,6%. Sinds 2020 is er echter nauwelijks groei.
Het beeld van de bio-landbouw in heel België is veel gunstiger: 7,4% van het areaal was in 2021 bio. 90 % van het bio-areaal bevindt zich echter in Wallonië. In Wallonië is 15,5% van het aantal landbouwbedrijven biologisch (12,4% van het areaal), tegenover slechts 3% in Vlaanderen. Het verschil wordt in verband gebracht met met de geringe verstedelijking en meer ruimte voor (biologische) landbouw in Wallonië.
Verdieping ontwikkeling areaal en bedrijven
De basiscijfers over de ontwikkeling van de biologische landbouw zijn jaarlijks te vinden in de trendrapporten van Bionext: https://bionext.nl/kenniscentrum/publicaties#trendrapporten Het laatst beschikbare trendrapport is Trendrapport 2023 (cijfers t.m. 2023).
De ontwikkeling van de biologisch-dynamische landbouw wordt bijgehouden in de Demeter monitor: https://stichtingdemeter.nl/nieuws/demeter-monitor/ . De laatst beschikbare monitor is Demeter monitor 2024 (met terugblik op 100 jaar BD-landbouw).
Voor de ontwikkeling van de bio-landbouw in Vlaanderen in 2021 en voorgaande jaren zie De biologische landbouw Vlaanderen in 2021 en biologische landbouw Vlaanderen in 2023 .
ontwikkeling Europa en internationaal
Voor een overzicht van de ontwikkeling van de biologische landbouw in de EU zie IFOAM-EU annual report-2019, IFOAM Organics Europe annual report 2021 https://read.organicseurope.bio/?publication=ifoam-organics-europe-annual-report-2023 , wereldwijd zie The World of Organic Agriculture 2020, The World of Organic Agriculture 2021 en The World of Organic Agriculture 2023 (FIBL).
6.2.2 ontwikkeling afzet biologisch
Ook de omzet van bio-producten groeit in de jaren tot 2022 flink. Tussen 2006 en 2016 verdrievoudigde de omzet van biologische producten. Deze groei zet zich voort in 2019. Er is in die tijd forse groei in de bio-afzet van de discounters, bedrijfswinkels en on-line. 2020 liet daardoor een sterke groei zien, mede als effect van de corona-crisis (deels het effect van meer thuis koken, te zien bij alle supermarkten, maar ook door meer belangstelling voor gezonde voeding). In 2021 was de totale omzet van de supermarkten en speciaalzaken weer met 2% gedaald, maar groeide het aandeel bio nog met 0,5%.
In 2022 doet zich een kentering voor. In dat jaar is de inflatie met gemiddeld 10% hoog en wijken consumenten weer vaker uit naar gangbare producten. Er is nog groei (in omzet), maar deze is lager dan de groei in het reguliere circuit (supermarkten). De groei in omzet (in €) maskeert een lichte daling in volume verkochte producten.
In 2023 heeft de groei zich weer hersteld. Ondanks de opnieuw hoge inflatie op levensmiddelen (12,1%) groeide de van bio in de supermarkten stevig, met + 14,5%. Het marktaandeel bio in de supermarkten steeg naar 3,5%, het aandeel bio in de totale omzet levensmiddelen naar 4,6%. Voorlopige cijfers laten een verdere groei in 2024 zien (met 10% over de eerste zes maanden).
W.b. volume en omzetgroei lopen de supermarkten voorop. In 2018 was de groei van de omzet biologisch hier 8,2%, in 2020 12,9% in 2023 14,5%. Opvallend groot (en groeiend) is het aandeel eieren in de bio-afzet van de supermarkten: ruim 17% van de totale afzet. Ook AGF en zuivel zijn relatief groot, met ruim 4%. Van alle verkochte groenten (binnen AGF) in de supermarkt is inmiddels 13% biologisch. De groei in vlees en vleeswaren was in 2020 echter heel klein. Dat lijkt te passen in de trend naar meer vega. Ook in 2021 daalde de omzet in vlees met -4,9% (deze daling volgt de daling van de omzet in gangbaar vlees met -4,2%). In 2022 daalde de afzet van bio binnen de supermarkten licht naar 3,2%. Het aandeel bio in de totale retail was in 2022 4,4%, in 2023 .
In 2020 werd 78,7% van de omzet in bio door de supermarkten gerealiseerd. In 2021 was dat 73,8%. In 2022 was het aandeel afzet supermarkten 73,9%, evenals in 2023 (bron: Bionext). Dat betekent dus dat het aandeel van de biologische speciaalzaken sinds 2021 redelijk stabiel is op krap 25%.
In deze cijfers zijn de discounters Aldi en Lidl niet meegerekend. Deze discounters zetten in thuisland Duitsland fors in op biologisch (Aldi claimt in Duitsland een aandeel van 26% biologisch in het totaal assortiment); dat vertaalt zich ook naar Nederland. Cijfers hierover zijn echter niet kenbaar gemaakt.
De biologische speciaalzaken omvatten ook de 'bio-supers' Ekoplaza en Odin (een derde van de winkels). Hun aandeel in de totale afzet van bio is de afgelopen jaren redelijk stabiel (zie boven). Zij voeren een veel breder assortiment (5.000 a 9.000 bio-producten, tegenover 50 a 1.000 in de supermarkten en discounters). Vooral de klanten die echt voor bio kiezen (de 'Heavy bio buyers') weten de speciaalzaken te vinden. In 2022 was er echter een daling van de omzet van 4,1%. In 2023 was er een groei van 6,9%, echter vooral door inflatie. Het afzetvolume is waarschijnlijk ongeveer gelijk gebleven.
Vanaf 2016 is de afzet via Foodservice (horeca, bezorgdiensten, catering e.d.) sterk gegroeid, in 2019 met 3%. Binnen het totaal marktaandeel van de Foodservice blijft bio echter klein, met 1,6%. Mede door de corona-ontwikkelingen laat 2020 nog geen duidelijke trend zien. Recente cijfers zijn niet gevonden.
In vergelijking met andere EU-landen blijft het aandeel bio in de afzet detailhandel klein, net als dat van het areaal bio (zie hiervoor). De totale afzet detailhandel in bio in de EU was in 2021 € 46,7 mlrd., in 2022 al 53 mlrd.. In de totale afzet waren in 2021 Duitsland (29%) en Frankrijk (23%) de grootsten; dit zijn voor Nederland belangrijke exportlanden. (cijfers: FIBL)
groeiverwachtingen
Bionext verwachtte op grond van de cijfers 2018 voor de komende 5 jaar opnieuw een verdubbeling van de omzet biologisch. Een marktaandeel van rond de 10% leek bij voortzetting van de ontwikkeling t.m. 2018 rond 2025 haalbaar. De wat afvlakkende groei in 2019 paste niet in deze trend, In 2020, in de periode van de Corona-crisis, was de groei van de afzet van biologisch echter stormachtig. Er was meer vraag naar vers, voedsel van nabij en ook biologisch. Deze groei is in 2021 vastgehouden. 2022 is echter een slecht jaar geworden. De groei heeft zich in 2023 weer hersteld, en dat lijkt zich in 2024 voort te zetten.
In 2020 heeft de Europese Commissie in de Green Deal het doel vastgelegd om in 2030 op 25% biologische landbouw uit te komen (in de hele EU, niet per land). Dat kan alleen lukken als de afzet van biologische producten ook op dat aandeel uit gaat komen. Dat is nog een heel grote opgave. In lijn met de Green Deal heeft de Nederlandse regering in december 2022 het Actieplan groei van biologische productie en consumptie uitgebracht. Hierin legt de regering een stimuleringsbeleid vast, gericht op zowel het aanbod als de vraag. Het Actieplan stelt een ambitieus doel: naar 15% biologisch areaal in 2030 ! De vraag is daarin leidend: meer afzet van bio moet de groei mogelijk maken. Daarop zet het stimuleringsbeleid in. Dit wettigt de verwachting van een verdere groei in de komende 10 jaar. De groei van de afzet in Europa (zie boven) toont bovendien groei in exportkansen.
verdieping Markt en omgeving
Voor alle trendrapporten zie kenniscentrum Bionext .
Heel veel informatie over de ontwikkeling van de bio-landbouw en -markt is ook te vinden in de Monitor actieplan ‘Groei van biologische productie en consumptie' . Deze monitor brengt de voortgang in beeld van het Actieplan https://groenkennisnet.nl/zoeken/resultaat/groei-van-biologische-productie-en-consumptie-:-actieplan?id=1187732 waarmee de overheid de groei van de bio-landbouw en de bio-markt wil bevorderen, in verband met de Europese doelstelling in de 'Green Deal’: naar 25% bio in 2030 in de hele EU ! Voor Nederland is dit doel op 15% gesteld. Dat kan niet zonder een aanzienlijke uitbreiding van de markt en de afzet van bio-producten.
Meest recente cijfers (januari 2023): https://www.cbs.nl/item?sc_itemid=757bf7cf-2f02-4132-9a79-c3bf40273817&sc_lang=nl-nl
Een optimistisch beeld van de groeimogelijkheden van de bio-sector: Biologische landbouw in de startblokken voor snelle groei .
In Vlaanderen is de afzet van bio in 2023 behoorlijk gegroeid. Daardoor is het al lang bestaande verschil tussen Vlaanderen en Wallonië kleiner geworden. https://www.biojournaal.nl/article/9633243/vlaamse-bioconsumptie-13-in-2023/?utm_medium=email
ontwikkeling markt
Om de plaats van de bio-markt in de hele voedingsmarkt in Nederland te zien: Wie voedt Nederland ?
Het Actieplan Groei van biologische productie en consumptie vind je hier (zie ook hierboven bij de Monitor).
afzet in de korte keten
Buiten de cijfers hierboven valt de afzet in de korte keten, dus de afzet direct vanaf het bedrijf naar de consument, of met slechts één tussenschakel. Denk aan een boerderij-winkel, een tappunt voor verse boerderij-melk e.d.. De afzet in de korte keten is groeiend, vooral ook in de bio-sector. In 2023 had zo’n 16% van alle bedrijven (meeste gangbaar) een deel van zijn afzet via de korte keten, tegenover 40% van alleen de bio-bedrijven. Dit aandeel is groeiend; de omzet via de korte keten groeit eveneens. Voor bio-bedrijven biedt dit marktkansen. https://www.biojournaal.nl/article/9683121/monitor-korte-ketens-2023-boer-verkoopt-producten-steeds-vaker-zelf/?utm_medium=email