Cyclamen

Een overzicht van ziekten en plagen in de teelt van cyclamen is te vinden in een brochure van de landelijke commissie Cyclamen van LTO Groeiservice, uitgegeven in 2011. In die brochure vindt u de meest voorkomende problemen in de teelt, met veel foto's is de informatie over levenswijze en herkenning, de verspreiding en het voorkomen van de ziekten en plagen.

Download de brochure

Aantastingen

  • Pagina:
    Bladrollers - anjerbladroller - koolbladroller

    Bladrollers danken hun naam aan het feit dat de rupsen zich tussen bladeren inspinnen. De bladeren rollen daardoor op. De rupsen van zowel Koolbladroller als Anjerbladroller vreten aan bladeren, bloemknoppen, bloemstengels en bloemen.

  • Pagina:
    Boterbloemluis

    De Boterbloemluis is een middelgrote luis, zonder vleugels 1,8 - 3,0 mm lang. De kleur varieert van geelgroen tot bruingroen. Een opvallend kenmerk vormt de donkergroene zones rond de basis van de beide siphonen.

  • Pagina:
    Cyclamenmijt

    De Cyclamenmijt is een zeer kleine mijt (0,25 mm), die moeilijk in het gewas te zien is. Ze zijn glashelder of bruin gekleurd en bewegen traag. Ze leven verscholen bloemknoppen, groeipunten en opgerolde bladeren.

  • Pagina:
    Duponchelia rups

    De vlinder komt sinds begin jaren negentig van de vorige eeuw in Nederland voor. De vlinders/motten zijn licht- tot donkerbruin. Op de vleugels is een witte kronkelende lijn zichtbaar.

  • Pagina:
    Emelten

    Emelten zijn pootloze larven van langpootmuggen. Ze zijn zeer polyfaag (hebben veel voedselplanten). Emelten komen vooral voor op gescheurd grasland.

  • Pagina:
    Floridamot

    De Floridamot is zeer polyfaag (brede waardplantenreeks) en komt in kassen in veel gewassen voor. Vooral in de sierteelt kan deze soort problemen geven in chrysant, gerbera, roos en potplanten.

  • Pagina:
    Grauwe schimmel - Botrytis

    Verkleuringen en afsterving met een pluizig, bruingrijs schimmelpluis op allerlei bovengrondse plantendelen, bladval bij coniferen. Bij aanraking komt een stofwolkje (sporen) vrij.

  • Pagina:
    Groene perzikluis en tabaksperzikluis

    De Groene perzikluis is een belangrijke plaag in veel gewassen (zeer polyfaag). Rode luis komt sinds 1994 in Nederland voor en is geïdentificeerd als Tabaksperzikluis. Deze luis is ook zeer polyfaag (heeft een groot aantal waardplanten).

  • Pagina:
    Katoenluis

    De katoenluis is een kleine bladluis met een gedrongen, bijna rond postuur. De kleur varieert van geel tot donkergroen, bijna zwart. Bij voldoende voedsel aanbod (een geschikte waardplant) en niet te hoge temperaturen kunnen de luizen tot 1,8 mm lang worden.

  • Pagina:
    Pythium voet- en wortelrot

    Deze ziekte is te herkennen aan een slecht wortelstelsel, rotte wortels. De schors laat los van de centrale cilinder waardoor deze gemakkelijk kan worden afgestroopt.

  • Pagina:
    Stromijten

    De meerderheid van de Tyrophagus-soorten leeft in de grond. De mijten voeden zich met organisch materiaal en schimmels.

  • Pagina:
    Taxuskever - gegroefde lapsnuitkever

    Zowel de volwassen kevers als de larven veroorzaken schade. Volwassen kevers vreten ronde gaten in de bladeren, beginnen bij de rand. Dit wordt 'hapvreterij' genoemd.

  • Pagina:
    Tomatenbronsvlekkenvirus

    Het tomaten bronsvlekken virus kan een grote verscheidenheid aan symptomen veroorzaken. De beelden kunnen zeer variabel zijn en zelfs per cultivar verschillen. Op de bladeren kunnen al dan niet concentrische geelgroene kringen en patronen voorkomen.

  • Pagina:
    Varenrouwmug

    Op glazen staafjes lijkende maden, 3 - 4 mm lang, ze vreten aan de zaailingen, verspeende planten en stekken. Vooral op vochtige plekken.