/
Hoofdstuk 14: Behoud van genetische diversiteit (2024)

Hoofdstuk 14: Behoud van genetische diversiteit (2024)

In voorgaande hoofdstukken hebben we geleerd dat fokprogramma’s worden opgezet om genetische verbetering te bewerkstelligen. De genetische variatie van de te verbeteren eigenschappen is van cruciaal belang. Dit aspect is ook volledig onderkend in het vorige hoofdstuk, waarin we de gerealiseerde genetische verbetering evalueerden. Naast de behaalde verbetering is de genetische verwantschap tussen dieren in een populatie belangrijk. Wanneer deze toeneemt als gevolg van de selectie van ouders, zullen in de toekomst sterk verwante dieren moeten worden gepaard. Dan worden inteelteffecten relevant: inteeltdepressie en het optreden van recessieve erfelijke gebreken. Genetische variatie van eigenschappen en variatie in de samenstelling van stambomen zijn beide relevant bij de evaluatie van fokprogramma’s. Het zijn verschillende aspecten van de genetische diversiteit die voortdurend moeten worden geëvalueerd bij het uitvoeren van een fokprogramma. De genetische variatie van eigenschappen in een fokprogramma of een productieprogramma (piramidale structuur in de varkens- en pluimveefokkerij) beperkt zich niet tot de genetische variatie van het ras in kwestie. Het kan zich ook uitbreiden tot de genetische variatie in de soort die kan worden benut in een fokprogramma met kruisingen. De aandacht voor genetische diversiteit beperkt zich dus niet tot de genetische diversiteit binnen een ras, maar omvat de genetische diversiteit binnen en tussen rassen. Daarom is het behoud van rassen belangrijk, zoals ook in dit hoofdstuk zal worden uitgelegd. Achtereenvolgens bespreken we: wat is genetische diversiteit, hoe kunnen we deze meten, wat is de waarde van het behoud van rassen, het belang van de relatie tussen dieren bij het voorkomen van inteelt binnen een ras en hoe kunnen we excessieve toename van verwantschap in een fokprogramma voorkomen.

Bij het schrijven van dit hoofdstuk is veelvuldig gebruik gemaakt van twee boeken: “Utilization and conservation of farm animal genetic resources” (editor Kor Oldenbroek; Wageningen Academic Publishers, 2007) en “Genomic Management of animal genetic diversity” (editor Kor Oldenbroek; Wageningen Academic Publishers, 2017) .

Related content

14.3.2.1: Erkende labels voor dierlijke producten stimuleren het in vivo behoud van rassen: het succes van Label Rouge voor Franse pluimveerassen (2024)
14.3.2.1: Erkende labels voor dierlijke producten stimuleren het in vivo behoud van rassen: het succes van Label Rouge voor Franse pluimveerassen (2024)
Read with this
Hoofdstuk 6: Genetische diversiteit en inteelt
Hoofdstuk 6: Genetische diversiteit en inteelt
More like this
14.5.3.2: Een voorbeeld van introgressie: hoornloosheid bij rundvee (2024)
14.5.3.2: Een voorbeeld van introgressie: hoornloosheid bij rundvee (2024)
Read with this
13.10: Belangrijke punten bij de evaluatie van het fokprogramma
13.10: Belangrijke punten bij de evaluatie van het fokprogramma
More like this
12.6: Kweek(fok)programma's voor vissen (2024)
12.6: Kweek(fok)programma's voor vissen (2024)
Read with this
6.6 Waarom is genetische diversiteit belangrijk? (2024)
6.6 Waarom is genetische diversiteit belangrijk? (2024)
More like this