Graafwespen
 Prooi: Soortafhankelijk o.a. rupsen, wantsen, bladluizen etc
 Wetenschappelijke naam: Sphecidae
 Groep: Natuurlijke vijanden
Â
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Â
Herkenning |
---|
Een grote groep van solitaire wespen (d.w.z. dat elk vrouwtje alleen de verzorging van haar nest en nakomelingen doet) met veel verschillende vormen en kleuren. In Nederland komen ongeveer 175 soorten voor. Overwegeng zwarte of zwart met geel of zwart met rood getekende wespen, vaak met een brede kop met grote ogen. De twee paar vleugels worden in rust over het achterlijf gelegd. |
Levenswijze |
---|
De vrouwtjes maken een nest in de grond of in holle stengels of in gangen in dood hout, en enkele soorten metselen een nestje van klei. Elk vrouwtje legt een voedselvoorraad van gevangen prooien aan voor haar larven. Prooien worden met een steek uit de angel verlamd en dan naar het nest gedragen. Per cel worden enkele prooien verzameld, waarna het vrouwtje er een ei bij legt, de cel sluit en aan een volgende cel begint. De wespenlarve leeft van de verlamde prooien. Elk vrouwtje doet haar werk alleen (solitair), maar veel soorten nesten wel in grote groepen bij elkaar op geschikte locaties (vooral in zandgrond). Verschillende groepen graafwespen hebben zich op verschillende soorten prooien gespecialiseerd. Zo zijn er rupsendoders, vliegendoders en soorten die zich gespecialiseerd hebben op larven van kevers, op spinnen, op bladluizen, enz. Er zijn ook zogenaamde koekoekswespen die inbreken in het nest van verwante soorten en hun larven leven ten koste van de oorspronkelijke nestbewoner. |
Toepassing |
---|
Plaatselijk kunnen de dichtheden van graafwespen en hun kolonies met nesten heel hoog zijn, maar meestal zijn soorten niet talrijk. Daarom is hun landbouwkundig belang voor de onderdrukking van insectenplagen gering. |
Meer informatie |
---|
|
Â