Trips - hyacint
Gewas: Hyacint
Wetenschappelijke naam: Thrips tabaci en Frankliniella schultzei
Groep: Insecten
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Herkenning |
---|
De jonge bolletjes op geholde bollen worden lichtbruin en voelen kleverig aan door de uitwerpselen van de tripsen. De bolletjes verdrogen uiteindelijk (foto 1). Ook de rokken van de moederbol kunnen aangetast worden. Daarin ontstaan oppervlakkige, bruingele som iets roodachtige, onregelmatige, kleverige vlekken. Op plaatsen waar de rokken dicht tegen elkaar liggen, blijft het weefsel wit omdat de tripsen deze plaatsen niet kunnen bereiken. Zwaar aangetaste bollen verdrogen geheel. Licht aangetaste bollen worden na het planten vaak overwoekerd door schimmels (o.a. Penicillium); de sptuiten groeien niet uit of ontwikkelen zich slecht. Bollen geoogst van planten die de aantasting overleefd hebben, zijn gezond. Ook spruiten kunnen worden aangetast. Na uitgroei ontstaat dan op het blad een specifiek beschadigingspatroon van bruine vlekjes (foto 2). Op sommige bloempjes-verspreid in de tros – ontstaan donkerbruine vlekjes en stippen (foto 2). Het weefsel is op die plaatsen niet zelden opgezwollen. |
Levenswijze |
---|
Trips tabaci (tabakstrips) kan in het veld in de bladkoker worden aangetroffen en tijdens de bewaring op de bol. Frankliniella schultzei (katoenknoppentrips) wordt alleen in de bewaring op de bollen gevonden. Een volwassen trips kan een honderdtal eieren leggen. De ontwikkeling van ei tot volwassen trips duurt vijf weken bij 15°C, maar verloopt bij 30°C drie keer zo snel. De ontwikkeling loopt van ei via larve (foto 3), pre-pop en pop tot volwassen tripsen (foto 4). |
Maatregelen |
---|
|
Meer informatie |
---|
|