Blad- en stengelvlekkenziekte - roos

Op bladeren ontstaan hoekige tot ronde, roodbruine tot donkerbruine vlekken, vaak met een gele rand. Een sterke aantasting heeft een vroegtijdige bladval als gevolg.

Op jonge scheuten kunnen, vooral in relatief vochtige zomers, onduidelijk begrensde paarse tot donkerviolette vlekken ontstaan, die het daaropvolgende jaar van binnenuit grijsbruin verkleuren. Bloem- en vruchtstelen en dunne scheuten kunnen bij een ernstige aantasting afsterven.

Primaire aantastingen door echte- en valse meeldauw, roest en sterroetdauw werken, door het creëren van infectieopeningen, een vervolginfectie door Sphaerulina in de hand.

Een oude naam voor de schimmel is Septoria rosae. De schimmel behoort tot de deuteromyceten.

Overwintering vindt plaats in stengels en bladeren. Verspreiding van de ziekte vindt plaats onder natte omstandigheden.

• Een keuze maken voor minder vatbare soorten.

• Aangetaste scheuten opruimen.

• In de herfst gevallen blad vernietigen.

• Primaire aantasters bestrijden.