Sneeuwbalhaantje

Gewas: Gelderse roos (Viburnum opulus) en enkele andere Viburnum sp.

Wetenschappelijke naam: Pyrrhalta viburni

Groep: Insecten

Aantastingsbeeld sneeuwbalhaantje
Sneeuwbalhaantje
Vraatpatroon sneeuwbalhaantje

 

Klik op de afbeelding voor een vergroting.

 

Herkenning

Herkenning

De 4 - 6 mm grote, geelbruine kevers hebben geen metaalkleur. De larven zijn geelgroen met zwarte puntjes (tot ca. 10 mm) en vreten onregelmatige gaatjes in het blad met een gekartelde rand. In de winter zijn de eilegsels duidelijk op de twijgen waar te nemen.

Levenswijze

Levenswijze

Het sneeuwbalhaantje overwintert in het eistadium. In mei, als de bladknoppen opengaan, komen de eieren uit. De larven voeden zich met blad. Begin juni verpoppen de larven in de grond en komen in juli als volwassen kevers tevoorschijn. Het popstadium duurt ca. 10 dagen.  Volwassen vrouwtjes leggen van eind juni tot oktober tot 500 eieren op Viburnum takjes. Hiervoor maken ze een kuiltje in de twijg, leggen hierin 5-8 eieren en sluiten het af met een soort deksel. Dit beschermt de eieren tegen predatie en tegen uitdroging.

Er is een generatie per jaar.

Maatregelen

Maatregelen

  • Minder vatbare (resistente) soorten of rassen gebruiken.

  • Twijgen met eieren verwijderen en verbranden.

  • Insectenetende vogels stimuleren.

  • Opruimen van afgevallen bladeren kan de aantasting verminderen.

  • Kevers uit de bomen schudden.

Meer informatie

Meer informatie

  •