Bruine roest

Gewas: Tarwe en rogge

Wetenschappelijke naam: Puccinia recondita

Groep: Schimmels

Detail sporenhoopjes bruine roest
Wintersporen bruine roest
Sporenhoopjes op het blad
Sporenhoopjes op het blad

Klik op de afbeelding voor een vergroting.

 

Herkenning

Herkenning

Vooral tarwe en rogge worden door deze roest soort aangetast, maar bruine roest van tarwe gaat niet over op rogge en omgekeerd. In tegenstelling tot gele roest is bruine roest een warmte minnende schimmel. Bruine roest treedt dus vaak nog laat in het groeiseizoen op.

De sporenhoopjes liggen niet in rijen zoals bij gele roest, maar komen meer verspreid op het blad voor. De sporenhoopjes zijn vaak omgeven door een lichter ring, het hofje. Op aangetaste plaatsen worden later zwarte vruchtlichaampjes gevormd, waarin wintersporen worden geproduceerd.

Levenswijze

Levenswijze

Bruine roest blijft in de vorm van zomersporen of in de vorm van wintersporen over op opslagplanten of gewasresten en besmet in de herfst net ingezaaide gewassen. Door tijdig en zorgvuldig onderwerken van gewasresten wordt de besmettingsdruk gereduceerd. De schimmel kan dus al vanaf de herfst in gewassen aanwezig zijn, maar ontwikkelt zich explosief in een periode met warm weer. In een warme periode is het generatie interval vijf dagen.

Maatregelen

Maatregelen

Bedrijfshygiëne

Stoppelresten onderwerken en het voorkomen van opslag vermindert de ziektedruk.

Raskeuze

Voor tarwe en roggerassen geeft de rassenlijst cijfers voor bruine roest resistentie.

Chemische bestrijding

Tot aan F9 kan in gevoelige gewassen een aparte bestrijding noodzakelijk zijn. Vanaf F 9 wordt bruine roest meegenomen in de bestrijding van afrijpingsziekte. Vaak treedt bruine roest laat in het groeiseizoen op. Chemische bestrijden is dan vanwege wettelijke veiligheidstermijnen niet meer mogelijk. De problemen met bruine roest zijn meestal minder groot dan met gele roest.

Meer informatie

Meer informatie

  •  

Â