Maiskopbrand

Gewas: Maïs

Wetenschappelijke naam: Sphacelotheca reiliana

Groep: Schimmels

Op de plaats van de kolf worden vruchtlichamen gevormd, waarin sporen groeien
De schimmel infecteert de plant in het kiem stadium en 'groeit met de plant mee' naar de kop van de plant
De feitelijke schade bestaat uit verlies van opbrengst

 

Klik op de afbeelding voor een vergroting.

 

Herkenning

Herkenning

Maisplanten die door Sphacelotheca reiliana zijn aangetast vormen geen kolven, maar op de plaats van de kolven worden vruchtlichamen gevormd van de schimmel.

Ook kunnen pluimen van de maisplant worden aangetast. De aantasting is pas vanaf begin bloei in de plant zichtbaar.

Levenswijze

Levenswijze

De sporen van de schimmel blijven na de oogst van een aangetast gewas in de bodem achter. De jonge maisplant wordt vanuit de bodem door de schimmel geïnfecteerd, die vervolgens in de plant omhoog groeit. Aangetaste planten blijven iets in groei achter maar vertonen verder geen ziekteverschijnselen. Bij builenbrand wordt de plant in het groeistadium geïnfecteerd, meestal ten gevolge van beschadiging of tijdens de bloei.

De sporen kunnen verder verspreid worden door wind of door werktuigen. Pas in een volgende teelt kunnen deze sporen het gewas weer aantasten. Er vindt dus geen veldbesmetting plaats van plant op plant tijdens de groei.

Maiskopbrand is langer bekend vanuit het buitentenland maar nog maar pas in Nederland in een maisgewas aangetroffen.

Maatregelen

Maatregelen

  • Goede groeiomstandigheden bevorderen de weerstand van het gewas.

  • Aangetaste percelen als laatste oogsten om besmetting met de hakselaar te voorkomen.

  • In de toekomst via resistentieveredeling en het inzaaien van rassen met een hoog resistentieniveau.

Meer informatie

Meer informatie

  •  

Â