Rozenkever - Johanneskever
Gewas: Grasvelden, gazons, golfbanen, sportvelden
Wetenschappelijke naam: Phyllopertha horticola
Groep: Insecten
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Herkenning |
---|
De rozenkever is 8 tot 12 mm lang, roodbruin van kleur met een metaalkleurig groen halsschild. De rozenkever behoort net als de meikever tot de familie van de bladsprietkevers. De larven van de rozenkever worden tot 20 mm groot en worden net als de larven van andere bladsprietkevers engerlingen genoemd. Engerlingen zijn larven met een duidelijke kop, drie paar poten en vuilwit van kleur. |
Levenswijze |
---|
Rozenkevers komen vooral op lichte gronden voor. De volwassen kevers voeden zich met bladeren en bloemen van onder andere de roos. In de loop van juni komen de kevers uit de grond, paren en zetten daarna hun eitjes af op een diepte van 10 tot 25 cm bij voorkeur in grasvelden.( sportvelden, gazons, golfbanen, grasland) Na enkele weken komen de engerlingen uit de eitjes. Aanvankelijk voeden deze zich met organisch materiaal, maar later worden ook worteltjes van onder andere grassen aangevreten. Vooral op hogere koppen op zandgronden kunnen de engerlingen van de rozenkever bijzonder schadelijk zijn, door afsterving van grasplanten ontstaan kale plekken. De primaire schade krijgt vaak nog een vervolg door schade van kraaien en roeken, die op zoek gaan naar de engerlingen en de zode verder beschadigen. De engerlingen blijven vreten tot het vroege voorjaar, waarna ze verpoppen. In de loop van juni komen de rozenkevers uit de poppen te voorschijn. De engerlingen van de rozenkever blijven kleiner dan de engerlingen van de meikever en hebben maar een cyclus van een jaar. |
Maatregelen |
---|
|
Meer informatie |
---|