Roze appelluis

Gewas: Appel

Wetenschappelijke naam: Dysaphis plantaginea

Groep: Insecten

Gynoparen van roze appelluis leggen oviparen op appelblad
Smalle weegbree, de zomerwaardplant van roze appelluis

Klik op de afbeelding voor een vergroting.

 

Herkenning

Herkenning

De roze appelluis is de schadelijkste luizensoort op appel. In het voorjaar verschijnen de eerste stammoeders in maart/april en maken een gal, een sterke opkrulling in het jonge blad. De luizen zitten vaak in de gal.

Bij het aanprikken van het blad spuiten ze een stof in die zorgt voor sterke misvorming van de bladeren en de vruchten in de buurt van een luizenkolonie. Eén stammoeder kan verantwoordelijk zijn voor aantasting van een hele boom. De misvormde vruchten groeien niet verder uit, blijven klein, maar vallen niet af. Voor en tijdens de bloei wordt de helft van de vruchtschade veroorzaakt. Aan aangetaste takken blijven bladeren en vruchten in de herfst lang hangen. Zelfs de knopvorming voor het nieuwe jaar wordt geremd, zodat aangetaste takken in het andere voorjaar niet bloeien. De stammoeders van roze appelluis zijn dik en grijs-roze van kleur. Jonge luizen vertonen die roze kleur nog niet en zijn daarom moeilijk te onderscheiden van andere luizensoorten. Gevleugelde roze appelluizen hebben een zwart uiterlijk.

Levenswijze

Levenswijze

In maart/april komen de stammoeders uit de wintereieren. Afhankelijk van de temperatuur zijn de stammoeders na 1 tot 3 weken volwassen en beginnen ze met het voortbrengen van nakomelingen. Dat gebeurt in het opgekrulde blad (de gal). Wanneer deze luizen volwassen zijn en zelf jonge luizen gaan voortbrengen neemt de aantasting snel toe. De jonge luizen van de tweede generatie verspreiden zich langs de takken door de boom en stichten daar nieuwe kolonies. Zo kan het gebeuren dat een boom eind mei helemaal is aangetast.

Vanaf half juni gaat een deel van de luizen vleugels ontwikkelen. Een deel van de gevleugelden vertrekt naar de zomerwaardplant weegbree. Het andere deel verspreidt zich in de boomgaard en kan daar voor nieuwe aantasting zorgen. Tot in augustus kan uitbreiding van de aantasting worden gevonden. Het deel wat naar weegbree is vertrokken maakt daar de zomercyclus door met een aantal ongevleugelde generaties. In september vindt onder invloed van de daglengte vleugelaanleg plaats en keert rose appelluis terug naar appel. Eerst vliegen de vrouwtjes (gynoparen) die levendbarend jonge luizen op de onderkant van het appelblad leggen (de oviparen). Vanaf begin oktober vliegen de mannetjes van weegbree naar appel, deze bevruchten de oviparen, waarna die de wintereieren leggen op de takken. Paring en eileg door de oviparen kan tot eind november duren.

Maatregelen

Maatregelen

Aangezien een enkele stammoeder verantwoordelijk kan zijn voor enorme aantasting, is het belangrijk om vroeg in het voorjaar, bij het verschijnen van de stammoeders, een bestrijding uit te voeren, dus vóór de bloei. Bespuitingen na de bloei kunnen ook, maar die zijn over het algemeen minder effectief gebleken. Sinds enkele jaren richt de bestrijding van rose appelluis zich ook op de najaarsfase. Door chemische bestrijding uit te voeren op het juiste moment, na de productie van oviparen op het blad en vóór het verschijnen van de eerste mannetjes kan tot meer dan 90 % bestrijdingseffect verkregen worden. Een praktisch nadeel is dat op dat moment nog niet van alle appelrassen de vruchten geplukt zijn, zodat bestrijding uitgesteld moet worden en minder effectief wordt. Een belangrijk voordeel van een najaarsbestrijding is dat in het voorjaar geen bespuiting hoeft plaats te vinden, zodat natuurlijke vijanden, waaronder de oorworm, gespaard worden.

Meer informatie

Meer informatie

  •  

Â