Bladvlekkenziekte - Rhododendron

De bladeren vertonen vlekken, geel, rood tot donkerbruin of zwart. Er zijn verschillende schimmelsoorten die deze ziekte veroorzaken.

Sphaerulina azaleae:

De onderste bladeren worden als eerste aangetast. Op bladeren ontstaan gele vlekken, later rood tot donkerbruin. De vlekken zijn begrensd door de nerven. Bladeren vallen vroegtijdig af. Op de vlekken ontstaan zwarte stippen. Dit zijn pycniden. De daaruit tevoorschijn komende sporenranken zijn als witte draadjes te zien. Jonge planten kunnen bij een ernstige aantasting afsterven.

Chuppomyces handelii:

Op de boven- en de onderzijde van bladeren ontstaan bruine tot zwarte onregelmatige vlekken, soms met een roodachtige rand. Van binnen uit de vlek sterft de plant af. Een ernstige aantasting kan leiden tot bladvergeling en vroegtijdige bladval.

Colletotrichum sp.:

Vlekken onregelmatig van vorm en voelen papierachtig aan.

Sphaerulina azaleae:

Behoort tot de Deuteromycetes. Verspreiding vindt plaats door conidiën. De schimmel overwintert op dood blad. In het voorjaar komen bij vochtig weer sporen vrij die het blad infecteren. Vanuit aangetaste bladeren kunnen nieuwe infecties optreden.

Chuppomyces handelii:

Behoort tot de Deuteromycetes. De schimmel overwintert op afgestorven blad en vormt sporen in de nazomer-vroege herfst. De sporen worden onder vochtige omstandigheden verspreid.

Colletotrichum sp:

Behoort tot de Deuteromycetes. Vanuit het papierachtig weefsel worden de sporen verspreid.

• Zo droog mogelijk telen.

• Afgevallen blad opruimen.

• Aangetast blad verwijderen.