Stengelaaltjes - Allium
Gewas: Allium
Wetenschappelijke naam: Ditylenchus dipsaci
Groep: Aaltjes
Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Herkenning |
---|
Op het veld zijn geelachtige-witte strepen en/of verdikkingen en spikkels op het blad te zien afhankelijk van het soort Allium. Bollen hebben ingezonken of opengebarstte plekken. Op het veld vertonen aangetaste planten van met name Allium moly, A. oreophilum en verwante soorten geelachtig-witte strepen en verdikkingen (spikkels) in het blad, dat daardoor soms misvormd en gedraaid uitgroeit. Bij breedbladige, grove soorten als A. karataviense kunnen grote, verdikte spikkels voorkomen, maar over het algemeen is de ziekte bij deze soorten moeilijk te herkennen. Aangetaste bollen hebben veelal een bruine ingezonken plek rond de bolbodem.Bij soorten met fijne bladeren zoals A. caeruleum en A. oreophilum sterven zieke planten ook wel voortijdig af zonder symptomen op de bovengrondse plantendelen. Dode, gemummificeerde bollen in de bewaring kunnen erop wijzen dat de partij is aangetast door stengelaaltjes. Ook het gemakkelijk loslaten van de droge huid kan een aanwijzing zijn. Onder de huid zijn dan vlekken waar te nemen die zich vanaf de bolbodem omhoog uitbreiden en, afhankelijk van de kleur van de bol, verschillend getint zijn. Bij crèmekleurige bollen (A. moly) bijvoorbeeld zijn de vlekken okergeel tot bruin en bij groene bollen (A. caeruleum) lichtgroen tot bruin. Ernstig ziek weefsel scheurt open en verdroogt. |
Levenswijze |
---|
De veroorzaker van de ziekte is Ditylenchus dipsaci, veelal het uienstengelaaltje, maar ook het tulpenstengelaaltje kan Allium en uien aantasten. Het uienstengelaaltje kan ook de spruit van tulpen en gladiolen vanuit de grond aantasten, maar kan zich niet in de bollen en knollen handhaven. Het tulpenstengelaaltje kan ook vele andere gewassen zoals o.a. narcis, tulp, Chionodoxa en Galtonia aantasten. |
Maatregelen |
---|
|
Meer informatie |
---|
|
Â